Oefeningen plus/min/keer/delen

• Rekenen
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Rekenen

optellen-aftrekken-vermenigvuldigen-delen

Waarde van een getal

The value of numbers

E = eenheden

T = tiental

H = honderdtal

D= duizendtal

TD = tienduizendtal

HD = honderduizendtal

M = miljoental

Wat is de waarde van de 3 in het getal
5356

1. 3
2. 30
3. 3000
4. 300

Wat is de waarde van de 4 in het getal
4568

1. 4000
2. 4
3. 40
4. 400

Wat is de waarde van de 6 in het getal
65254

1. 6000
2. 60000
3. 600
4. 60

Uitleg plus van de docent

64 + 22 = 

138 + 46 = 

267 + 154 = 

Hoeveel is 685+367?
Reken uit met een DHTE schema.

1. 1062
2. 1052
3. 1042
4. 1072

Hoeveel is..
21+32 =

Hoeveel is..
12+56 =

Hoeveel is..
81+42 =

Hoeveel is..
52+36 =

Hoeveel is..
89+58 =

Uitleg min van de docent

64 - 22 = 

138 - 46 = 

264 - 176 = 

Hoeveel is 685-367?
Reken uit met een DHTE schema.

1. 308
2. 328
3. 318
4. 298

Hoeveel is..
89-58 =

Hoeveel is..
32-21 =

Hoeveel is..
14-8 =

Hoeveel is..
24-9 =

Hoeveel is..
315-21 =

Uitleg keer van de docent

12 x 18 = 

122 x 6 = 

112 x 23 = 

Reken uit zonder rekenmachine.
15 x 5 = ....

1. 20
2. 25
3. 55
4. 75

Hoeveel is 25 x 6?

Uitleg delen van de docent

75 : 15 = 

228 : 38 = 

405 : 45 = 

Hoeveel is 750 gedeeld door 25?
gebruik de haakdeling

Welke vragen over deze les
heb je nog?

Zelfstandig aan het werk

Nu ga je alleen aan het werk.

Bij vragen kom ik bij je langs.