Wat voor inkomen heb je?

Bedragen omrekenen
van week naar maand en omgekeerd
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Bedragen omrekenen
van week naar maand en omgekeerd

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Inkomensverschillen
Inkomensverschillen kunnen onstaan door een verschil in:
• leeftijd
• ervaring
• verantwoordelijkheden
• opleiding
• on- of regelmatige uren.

Slide 3 - Diapositive

Inkomensvormen
• Inkomen uit arbeid (loon, salaris)
• Inkomen uit bezit (rente, huur, pacht)
• Overdrachtsinkomen (uitkering, zakgeld, kinderbijslag)

Inkomen uit arbeid en bezit lever je een tegenprestatie voor.
Voor een inkomensoverdracht lever je geen tegenprestatie.

Slide 4 - Diapositive

Percentage berekenen van een getal
Hoeveel is 25% van 80?

25 : 100 x 80 = 20

Slide 5 - Diapositive

Omrekenen
Maak opdracht 1 t/m 3 van 1.1.

Slide 6 - Diapositive

Omrekenen
Maak de opdrachten op blz. 13 van je rekenboek.

Slide 7 - Diapositive

Inkomen
Maak opdracht 4 t/m 7 uit je leerboek.

Slide 8 - Diapositive

Rekenen
Maak opdracht 8 t/m 10 uit je leerboek.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Vidéo