Degrees of Comparison

Degrees of Comparison
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolVoortgezet speciaal onderwijsvmbo, mavo, havo, vwoLeerroute 1Leerroute VBLeerroute VKLeerroute VG

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Degrees of Comparison

Slide 1 - Diapositive

Trappen van Vergelijking 
positive degree of comparison (stellende trap) 

comparative degree of comparison (vergrotende trap)

superlative degree of comparison (overtreffende trap)
Je gebruikt het om iets te beschrijven, zonder te vergelijken.
Je gebruikt deze vorm om twee dingen met elkaar te vergelijken.
Je gebruikt deze vorm om te zeggen dat iets het "meest" is, binnen een groep.

Slide 2 - Diapositive

Comparatives and superlatives
Box C is small.
Box B is smaller than box C.
Box A is the smallest of all.
A
B
C
na de vergrotende trap krijg je altijd 'than'
voor de overtreffende trap zet je altijd 'the'

Slide 3 - Diapositive

Kort woord (1 of 2 lettergrepen)
stellende trap/eigenschap
vergrotende trap(vergelijking)
overtreffende trap 
soft
fast
close
happy*
hot** 
thin**
big**
softer than
faster than
closer than
happier than
hotter than
thinner than
bigger than
the softest
the fastest
the closest 
the happiest
the hottest
the thinnest
the biggest 
* eindigt op medeklinker - y? dan valt -y weg en gebruik je - ier
** eindigt op een klinker (vowel) en medeklinker (consonant?) --> dan medeklinker verdubbelen
+ er 
+est

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

2 of meer lettergrepen
stellende trap/eigenschap
vergrotende trap(vergelijking)
overtreffende trap 
loving
awful
beautiful
expensive
interesting


more loving than
more awful than
more beautiful than
more expensive than
more interesting than


the most loving
the most afwul 
the most beautiful
the most expensive
the most interesting
More 
Most
Pas op! Bij sommige woorden met 2 lettergrepen is er een uitzondering

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

2 syllables (uitzonderingen)
stellende trap/eigenschap
vergrotende trap(vergelijking)
overtreffende trap 
narrow
gentle
clever
simple 
messy 
narrower than
gentler than
cleverer than
simpler than
messier than
the narrowest 
the gentlest 
the cleverest
the simplest
the messiest
Woorden die eindigen op  -y, -er, -le, -ow volgen de regel van 1 lettergreep
-er
-est

Slide 8 - Diapositive

Adjectives, uitzonderingen
stellende trap/eigenschap
vergrotende trap(vergelijking)
overtreffende trap 
bad
many
little
few
good
worse than
more than
less than
fewer than
better than
the worst
the most
the least
the fewest
the best

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Wat zijn de trappen van vergelijking voor: easy?
A
easier - easiest
B
more easy - most easy
C
easyer - easyest
D
easyr - easyst

Slide 12 - Quiz

Wat zijn de trappen van vergelijking voor: bad?
A
badder - baddest
B
worse - worst
C
bader - badest
D
more bad- most bad

Slide 13 - Quiz

Wat zijn de trappen van vergelijking voor: good?
A
gooder - goodest
B
beter - best
C
better - best
D
more good - most good

Slide 14 - Quiz

Wat zijn de trappen van vergelijking voor: tall?
A
taller-tallst
B
taller-tallest
C
more tall-most tall
D
tallier-talliest

Slide 15 - Quiz

Wat zijn de trappen van vergelijking voor: famous?
A
famouser- famousest
B
more famous- most famous
C
famousser - famoussest
D
more famouser - most famousest

Slide 16 - Quiz

Wat zijn de trappen van vergelijking voor: little?
A
littler - littlest
B
more littler - most littlest
C
more little -most little
D
less - least

Slide 17 - Quiz

Wat zijn de trappen van vergelijking voor:
important?
A
importanter -importantest
B
more important - most important
C
more importanter - most importantest
D
importantly - importantliest

Slide 18 - Quiz

Wat zijn de trappen van vergelijking voor:
incredible?
A
incredibler- incrediblest
B
more incredibler - most incrediblest
C
incredibleer - incredibleest
D
more incredible - most incredible

Slide 19 - Quiz

My house is (nice)
...
than yours.

Slide 20 - Question ouverte

Who is the (good) ..... football player in the world?

Slide 21 - Question ouverte

This is the (interesting) ....
book I have ever read.

Slide 22 - Question ouverte

Is Beyonce the (rich) ...
woman on earth?

Slide 23 - Question ouverte

The weather this summer is even (bad)
... than last summer.

Slide 24 - Question ouverte

What is your (bad) ...... subject at school?

Slide 25 - Question ouverte

This flower is (beautiful)
... than that one.

Slide 26 - Question ouverte

A holiday by the sea is (good) ...
than a holiday in the mountains.

Slide 27 - Question ouverte

The .... (intelligent) students are doing this quiz right now!

Slide 28 - Question ouverte

I use little sugar in my tea, but my sister uses even .... (little) in hers.

Slide 29 - Question ouverte

Now make your own sentence, using a comparative or superlative!

Slide 30 - Question ouverte

Now make your own sentence, using a comparative or superlative!

Slide 31 - Question ouverte