2.6 De nieuwe wereld

2.6 De nieuwe wereld
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

2.6 De nieuwe wereld

Slide 1 - Diapositive

Tijd van ontdekkers en hervormers (1500-1600)


Slide 2 - Question de remorquage

Zet in de goede volgorde
De Arabische en Chinese handelaren kochten specerijen op en brachten de
specerijen naar India.
In India werden specerijen doorverkocht aan Arabische handelaren die de specerijen over naar de markten van de Middellandse Zee brachten
Hier werden de specerijen aan Italiaanse
handelaren doorverkocht.
De Italianen verkochten de specerijen weer door
 aan klanten in de rest van Zuid- en West-Europa.
De specerijen groeiden op de Molukken en Java.

Slide 3 - Question de remorquage

Wat is een oorzaak voor de ontdekkingsreizen?
A
De handel via het Midden-Oosten werden duurder
B
Sommige indianenculturen verdwenen bijna helemaal
C
De Europese cultuur verspreidde zich over de wereld
D
Er werden koloniën gesticht

Slide 4 - Quiz

Wat was het doel van de ontdekkingsreizen
A
De wereld verkennen
B
een nieuwe route naar Azië te vinden
C
Koloniën stichten
D
bewijzen dat de wereld niet plat was

Slide 5 - Quiz

Een reden om op ontdekkingsreis te gaan was om zelf specerijen te kunnen handelen. Maar wat zijn specerijen?
Specerij
Geen specerij
Nootmuskaat
Foelie
Brood
Kruidnagel
Suiker
Peper
Sinaasappel

Slide 6 - Question de remorquage

Sleep naar de juiste plek!
Voor de ontdekkingsreizen
Na de ontdekkingsreizen
Aarde is plat
Wereldhandel
Arabieren zijn tussenhandelaren
Aarde is rond
Europeanen kennen Amerika nog niet.

Slide 7 - Question de remorquage

Wie was Columbus?
A
Ontdekkingsreiziger
B
Priester
C
Burgemeester
D
Koning van Spanje

Slide 8 - Quiz

Met welk doel ging Columbus op reis?

Columbus ging via de ...
A
noordelijke route
B
oostelijke route
C
zuidelijke route
D
westelijke route

Slide 9 - Quiz

Wat voor soort vraag is:
Waarom ging Columbus naar Amerika?
A
beschrijvende vraag
B
verklarende vraag
C
vergelijkende vraag
D
waarderende vraag

Slide 10 - Quiz

Door wie werd de reis van Columbus betaald?
A
de Portugese koning
B
de Franse koning en koningin
C
de Italiaanse koning
D
de Spaanse koning en koningin

Slide 11 - Quiz

Hoe heette het schip van Columbus?
A
Sint Maria
B
Santa Maria
C
Soni Maria
D
Sans Maria

Slide 12 - Quiz

Wat ontdekte Columbus in 1492?
A
Dat de wereld rond was
B
Indonesië
C
het Heliocentrisme
D
Amerika

Slide 13 - Quiz

Wat dacht Columbus dat hij ontdekt had?
A
Amerika
B
Zuid-Afrika
C
Spanje
D
India

Slide 14 - Quiz

Wanneer ontdekte Columbus Amerika?
A
1416
B
1492
C
1694
D
1542

Slide 15 - Quiz


Wat zijn gevolgen van de reis van Columbus?
A
Grote delen van Amerika werden Portugees
B
Veel indianen gingen in Spanje wonen
C
Veel indianen stierven door ziektes die Europeanen meebrachten
D
Steeds minder Europeanen gingen naar Amerika

Slide 16 - Quiz

De inheemse Amerikanen
De oorspronkelijke bewoners die Columbus tegenkwam in Amerika noemde hij Indianen (omdat hij dacht dat hij in India was). In het onderstaande filmpje kom je wat meer te weten over deze mensen. Kijk het met je oortjes in zodat je andere niet stoort. Het filmpje is in het Engels maar je kan er Nederlandse ondertiteling onder zetten. 

Slide 17 - Diapositive

Wat voor soort bron is het filmpje van de vorige dia?
A
primair ongeschreven bron
B
primair geschreven bron
C
secundair ongeschreven bron
D
secundair geschreven bron

Slide 18 - Quiz

Waar komt de naam Indianen vandaan?
A
Zo noemden de inwoners van Amerika zichzelf
B
Columbus dacht dat hij India had ontdekt.
C
Het is een vertaalfout.
D
Indianen is een ander woord voor Amerika

Slide 19 - Quiz

Hoe kwamen de indianen op het Amerikaanse continent?
A
Met boten uit IJsland
B
Tijdens de ijstijd via de beringstraatbrug
C
Die zijn er altijd al geweest
D
Tijdens de ontdekkingsreizen.

Slide 20 - Quiz

Alle indianen hebben dezelfde cultuur en dezelfde taal.
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Indianen leefde alleen maar als jagers- verzamelaars.
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Wat is een gevolg van de ontdekkingsreizen voor de Indianen?
A
Zij konden een groot rijk stichten door de nieuwe Europese wapens.
B
De indianen werden rijk van de handel met Europeanen
C
de indianen werden als slaaf naar plantages in Afrika gebracht
D
de indianen kregen last van Europese ziektes en veel indianen stierven daar aan.

Slide 23 - Quiz

Wat voor soort vraag was de vraag uit de vorige dia?
(Wat is een gevolg van de ontdekkingsreizen voor de indianen)
A
beschrijvende vraag
B
verklarende vraag
C
vergelijkende vraag
D
waarderende vraag

Slide 24 - Quiz

Welke onbekende producten kwamen in Amerika terecht door de Europeanen?
A
mais, tomaten, aardappelen, kalkoenen
B
goud, zilver
C
paarden, schapen, varkens
D
schepen, geweren

Slide 25 - Quiz

Welke onbekende producten kwamen in Europa terecht uit Amerika?
A
mais, tomaten, aardappelen, kalkoenen
B
goud, zilver
C
paarden, schapen, varkens
D
schepen, geweren

Slide 26 - Quiz

Waarom vochten de Europeanen en de indianen vaak met elkaar?
A
De indianen waren agressief naar de Europeanen.
B
De Europeanen vernietigde het land.
C
De indianen geloofde niet in dezelfde god als de Europeanen.
D
De Europeanen wilde het land van de indianen voor zichzelf gebruiken.

Slide 27 - Quiz

Wat voor soort vraag was de vraag uit de vorige dia?
(Waarom vochten de Europeanen en de indianen vaak met elkaar)
A
beschrijvende vraag
B
verklarende vraag
C
vergelijkende vraag
D
waarderende vraag

Slide 28 - Quiz

Hoe keken Amerikanen aan tegen Indianen?
A
Met veel respect voor hun cultuur
B
Als een inferieure cultuur
C
Als handelspartner, ze kregen wapens van indianen
D
Indianen kregen respect omdat ze ook christelijk waren.

Slide 29 - Quiz

Met welke wet kregen alle indianen het Amerikaans burgerschap?
A
Indian Removal Act
B
Land verdragen
C
Wet na 1918
D
Indian Citizenship Act

Slide 30 - Quiz