4M week 4 les drie (online)

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

What are we going to do today?

- What did we do the previous lesson?

- 

What did we do the
previous lesson?

Inderdaad! Een quiz!

Het is zover:

We gaan beginnen met ons eerste grammatica onderdeel! 

Degrees of comparison

Degrees of comparison

De degrees of comparison zijn de trappen van vergelijking.

Deze trappen vergelijken twee (of meer) dingen met elkaar. 

Zij is mooi dan mij.

Die auto is schoner dan die van mij.

Mijn familie is het meest belangrijk.

Degrees of comparison

We kennen de vergrotende trap (comparative) en de overtreffende trap (superlative) ook in het Nederlands:

Comparative: groter dan, klein dan

Superlative: grootst, kleinst

Degrees of comparison

Eén lettergreep?

-er in de comparative, -est in de superlative:

small - smaller - smallest

big - bigger - biggest

cool - cooler - coolest

Degrees of comparison

Twee lettergrepen?

1. Als een woord met twee lettergrepen eindigt op –er, -ow of –y voorkomt, dan doe je ook +er of +est.

Dit geldt ook voor woorden van twee lettergrepen waarvan de klemtoon op de laatste lettergreep valt.

Pretty - prettier - prettiest

2. Is dat niet zo? Zet er dan more (comparative) of most (superlative) voor:

Cheerful - more cheerful - most cheerful

Degrees of comparison

Drie of meer lettergrepen?

Dan gebruik je altijd more (comparative) en most (superlative). Dit plak je er dan voor:

Beautiful - more beautiful - most beautiful

Uitzonderingen

Little  Less  Least  (Weinig)

Much  More  Most (Veel)

Many  More  Most (Veel)

Good  Better  Best (Goed)

Bad  Worse  Worst (Slecht)

Far  Farther  Farthest (Ver)

Far  Further  Furthest (Ver)

Old  Elder  Eldest (Oud)

Questions?

Let's try!

Fill in the comparative and superlative:
cold

Fill in the comparative and superlative:
weird

Fill in the comparative and superlative:
happy

Fill in the comparative and superlative:
courageous

Fill in the comparative or superlative:
She is the .. (happy) girl in the world

Fill in the comparative and superlative:
She is ... (tall) than her father

Fill in the comparative and superlative:
He is the ... (annoying) presenter

Fill in the comparative and superlative:
She is ... (cheerful) than him

Exercises

Get to work!

Do exercises 12 and 13 in CH5 and hand them in on Teams.

Questions?