5.4 Schaal

5.4 Schaal
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

5.4 Schaal

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
Je leert hoe je de schaal berekent met een verhoudingstabel.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Stappenplan schaal berekenen
  1. Maak een tabel. Zet linksboven aantal cm tekening en linksonder aantal cm werkelijkheid.
  2. Zet de gegeven die je weet in de tabel
  3. Bereken hoeveel 1 cm in de tekening in werkelijkheid is.
  4. Schrijf het antwoord op de vraag op.

Slide 4 - Diapositive

Schaal berekenen
De speelgoedauto is op schaal gemaakt.
In werkelijkheid is de auto 4,5 m lang.
Welke schaal hoort bij de speelgoedauto?

Slide 5 - Diapositive

Schaal berekenen
De wezel is in werkelijkheid 80 cm.
Welke schaal hoort bij de tekening?

Slide 6 - Diapositive

Schaal berekenen

Slide 7 - Diapositive

Schaal berekenen
Een klein insect is vergroot op een poster afgebeeld.
Op de poster heeft het insect een lengte van 50 cm,
maar in werkelijkheid is het insect slechts 2 cm.
Bereken de schaal van die poster.


Slide 8 - Diapositive

Werkelijkheid berekenen
Bij een garage staan schaalmodellen van veel auto’s.
De schaal van deze auto's is 1 : 20.
Het grootste model dat er staat is 26 cm lang.
Bereken hoe lang de echte auto is.

Slide 9 - Diapositive

Hoe groot is de Eifeltoren in werkelijkheid?
Schaal 1 : 6000

5 cm

Slide 10 - Diapositive

Werkelijkheid berekenen
Een tuintekening is getekend op schaal 1:50.
De vijver op de tekening is 6 x 4 cm.
Hoe lang en hoe breed is de vijver in werkelijkheid

Slide 11 - Diapositive

Aan de slag!
Maak 5.3 en 5.4 af voor de volgende les!

Slide 12 - Diapositive