spelling woordenschat

• Pedagogische wetenschappen
• WO
• Studiejaar 2,3

Verhaaltje

Luister goed, welke woorden zijn allemaal materialen? 

materiaal woorden

lesdoel

Aan het eind van de les kan ik de betekenis van de genoemde woorden uitleggen. 

A Robotarm

B Het elektron

C de fitting

D de generator

1. Een deeltje van een atoom, heel erg klein

2.  Een onderdeel van de lamp, hierdoor krijgt de lamp stroom.

3.  Een elektrische machine

4.  een machine die met een draaiende beweging elektriciteit opwekt. 

1. De hoogspanning

2. De levensduur

3. mechanisch

4. omzetten in

A. grote hoeveelheden elektriciteit worden zo vervoerd

B. ene energiesoort veranderen in ander energiesoort

C apparaat  zonder sturing

D hoe lang een apparaat het blijft doen

nabespreken

A. opwekken

B. robot

C. uitschakelen

D. de Watt

1. Het vermogen van een apparaat

2.  het laten ontstaan van elektriciteit

3. een machine die zelfstandig taken kan uitvoeren

4. een toestel uit doen. 

"Ik doe het apparaat uit."

1. omzetten
2. opwekken
3. uitschakelen

"Door de lamp in dit onderdeel te draaien krijgt de lamp stroom."

1. de fitting
2. mechanisch
3. opwekken

"Dit apparaat heeft geen besturing nodig, het is...."

1. een fitting
2. mechanisch
3. Watt

"Van brandstof wordt energie gemaakt, bijvoorbeeld om auto's te laten rijden."

1. omzetten
2. uitschakelen
3. opwekken