Spelling start H1 leestekens en hoofdletters
1 / 18
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
LEESTEKENS
- aan het eind van een zin
- aan het eind van een vraagzin
- tussen twee zinnen die nauw met elkaar samenhangen
- tussen twee persoonsvormen / tussen delen van een opsomming / na een naam of uitroep aan het begin van een zin / vóór verbindingswoorden
PUNT
VRAAGTEKEN
PUNTKOMMA
KOMMA
Slide 5 - Question de remorquage
Niet waar
Waar
Een zin eindigt altijd met een punt.
Tussen twee persoonsvormen zet je een komma..
Voor woorden zoals want, maar of omdat zet je een komma.
Leestekens maken het lezen makkelijker.
Slide 6 - Question de remorquage
blogger 'maakt punt' en verwijdert alle woorden uit beroemde romans
letten lezers van romans (a) kranten en blogs te veel op woorden (b) blogger adam j (c) calhoun vindt van wel (d) op zijn blog zet hij uiteen waarom die fixatie met woorden onterecht is (e) het zorgt er volgens cahoun namelijk voor dat we over het hoofd zien wat onze woorden en zinnen in goede banen leidt (f) interpunctie (g) hij illustreerde dit aan de hand van negen van zijn favoriete boeken (h) alle uit het engelse taalgebied (i) doordat hij alle woorden schrapte (j) bleef slecht de interpunctie van de verhalen over (k) die interpunctie zette hij in een diagram (l) uit een screenshot uit zijn artikel blijkt welke schrijvers een voorkeur hebben voor de puntkomma (m) welke voor de apostrof en welke voor de leestekens (n)
Plaats de letters uit de tekst bij het juiste leesteken.
punt
komma
dubbele punt
vraagteken
a
b
c
d
e
f
g
h
i
j
k
l
m
n
Slide 7 - Question de remorquage
Neem de zin over en plaats hoofdletters en leestekens.
morgen ga ik zwemmen tennissen en series kijken
morgen ga ik zwemmen tennissen en series kijken
Slide 8 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats hoofdletters en leestekens.
als je opschiet kun je je huiswerk nog afmaken.
als je opschiet kun je je huiswerk nog afmaken.
Slide 9 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats hoofdletters en leestekens.
mijn feestje was een succes al mijn vrienden waren er
mijn feestje was een succes al mijn vrienden waren er
Slide 10 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats hoofdletters en leestekens.
jan houdt van patat maar hij eet dat eigenlijk nooit
jan houdt van patat maar hij eet dat eigenlijk nooit
Slide 11 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats hoofdletters en leestekens.
na schooltijd spreek ik vaak met nick af we gaan dan altijd gamen
na schooltijd spreek ik vaak met nick af we gaan dan altijd gamen
Slide 12 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats hoofdletters en leestekens.
ik wil later leraar worden mijn vader werkt ook op een school
ik wil later leraar worden mijn vader werkt ook op een school
Slide 13 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats hoofdletters en leestekens.
de gymleraar werd boos op de leerlingen omdat zij met spullen gooiden
de gymleraar werd boos op de leerlingen omdat zij met spullen gooiden
Slide 14 - Question ouverte
Neem de zin over en plaats hoofdletters en leestekens.
de musical-les is altijd leuk we zingen dansen en spelen toneel
de musical-les is altijd leuk we zingen dansen en spelen toneel
