grafieken en tabellen 4 april 2023

 Verbanden 

Rekenen
Tabellen en diagrammen
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

 Verbanden 

Rekenen
Tabellen en diagrammen

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel

- Ik kan  een tabel aflezen
- Ik kan verschillende soorten diagrammen aflezen 


Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Wat weet je nog.....
Een liggende lijn is....
A
Een verticale lijn
B
Een horizontale lijn

Slide 4 - Quiz

Wat weet je nog?
Een staande lijn is (onder - boven)
A
Verticaal
B
Horizontaal

Slide 5 - Quiz

Tabellen: een lijst met gegevens die zijn geordend (in een volgorde gezet)

Slide 6 - Diapositive

Tabellen:
rijen - kolommen
afstanden tussen steden

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive



Grafiek en diagram: een hulpmiddel om informatie te laten zien. 

Het helpt je om informatie te snappen en af te lezen. 

Slide 9 - Diapositive

Lijngrafieken: 

Slide 10 - Diapositive

Staafdiagram (staand)

Slide 11 - Diapositive

Staafdiagram (liggend)

Slide 12 - Diapositive

Cirkeldiagram

Slide 13 - Diapositive

Beelddiagram

Slide 14 - Diapositive

Lijngrafiek
Staafdiagram
Cirkeldiagram
Beeldgrafiek

Slide 15 - Question de remorquage

Sleep de plaatjes  naar het juiste woord
Tabel
Lijngrafiek
Cirkeldiagram

Slide 16 - Question de remorquage

Sleep de plaatjes  naar het juiste woord
Tabel
Lijngrafiek
Cirkeldiagram
Staaf-
grafiek

Slide 17 - Question de remorquage

Soorten diagrammen
Beelddiagram

Cirkeldiagram

Staafdiagram

Lijndiagram

Steelbladdiagram

Slide 18 - Question de remorquage

Slide 19 - Diapositive

Wat is de afstand tussen Amsterdam en Maastricht ?

A
188 km.
B
216 km.
C
181 km.
D
79 km.

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Hoe lang doe je over de reis van Amsterdam naar Maastricht?
A
2:20 uur
B
1:56 uur
C
O:57 uur
D
2:18 uur

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Diapositive

hoeveel meisjes en jongens zijn er in totaal geboren in 2006
A
250 + 200 = 450
B
200 + 200 = 400
C
250 + 250 = 500
D
250 + 375 = 625

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Diapositive

In welk jaar zijn er 250 meisjes en
250 jongens geboren?
A
2009
B
2006
C
2007
D
2008

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Diapositive

In welk jaar zijn er meer jongens dan meisjes geboren?
A
in geen enkel jaar
B
2007
C
2008
D
2009

Slide 28 - Quiz

Waar hebben we het in deze les allemaal over gehad?
Noem minimaal 3 dingen.

Slide 29 - Question ouverte

Schrijf op wat je al wist.

Slide 30 - Question ouverte

Schrijf op wat nieuw was.

Slide 31 - Question ouverte

Dit heb je geleerd:


- Ik kan  een tabel aflezen
- Ik kan een verschillende soorten diagrammen aflezen 


Slide 32 - Diapositive

Einde

Slide 33 - Diapositive