Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen vorige les
Aan het einde van deze les:
Weet je wat cultuur betekent;
Kun je benoemen wat religie is;
Leer je wat tradities zijn en elke invloed ze hebben.
Slide 2 - Diapositive
Wat is cultuur?
A
De waarden en normen in een groep
B
een mening over een persoon of groep
C
alle normen en waarden van een groep
D
Het gedrag van mensen
Slide 3 - Quiz
Wat is traditie?
A
De waarden en normen in een groep
B
een gewoonte die al lange tijd bestaat
C
een geloof
D
Het gedrag van mensen
Slide 4 - Quiz
Wat religie?
A
De waarden en normen in een groep
B
een gewoonte die al lange tijd bestaat
C
een geloof
D
Het gedrag van mensen
Slide 5 - Quiz
Wat is een samenleving?
A
De waarden en normen in een groep
B
een mening over een persoon of groep
C
een groep mensen in een land/gebied
D
Het gedrag van mensen
Slide 6 - Quiz
Wat is tolerantie?
A
Verschillen van elkaar accepteren
B
Iemand anders behandelen vanwege huidskleur
C
De waarden en normen in een groep
D
Een groep mensen in een land/gebied
Slide 7 - Quiz
Asociaal gedrag
A
Gedrag waarbij een groep zich niet aan de wet houdt
B
Gedrag waarbij je geen rekening houdt met anderen
C
Een gewoonte die al lange tijd bestaat
D
Je aanpassen aan het gedrag van een groep
Slide 8 - Quiz
Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
Waarom Nederland een multiculturele samenleving is;
Je leert wat immigratie is;
Je leert wanneer mensen in Nederland mogen komen.
Slide 9 - Diapositive
Les 3 Multiculturele samenleving
Opdracht 1 blz. 59:
Elke cultuur heeft bepaalde kenmerken. Op de volgende slide vind je een sleepvraag. Sleep de cultuur naar het kenmerk.
Slide 10 - Diapositive
Eetstokjes
Schaatsen
Kebab
Halloween
Synagoge
Turkse cultuur
Japanse cultuur
Amerikaanse cultuur
Joodse cultuur
Nederlandse cultuur
Slide 11 - Question de remorquage
Lees blz. 60
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
Opdracht 2a: Bekijk de afbeelding blz. 61
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Opdracht 2b. blz. 61 Wat heeft deze afbeelding met immigratie te maken?
Slide 16 - Question ouverte
Opdracht 2c. blz. 61 Wat valt jou op aan de gegevens? Vertel waarom.
Slide 17 - Question ouverte
Opdracht 2d. blz. 61
Ben jij naar Nederland verhuisd?
A
JA
B
NEE
Slide 18 - Quiz
Opdracht 2d. blz. 61
Ken jij iemand die naar Nederland is verhuisd?
A
JA
B
NEE
Slide 19 - Quiz
Opdracht 2e. blz. 62
Zo ja, uit welk land?
Slide 20 - Question ouverte
Opdracht 2f. blz. 62 Wat was voor jou of die persoon die je kent, de reden om naar Nederland te verhuizen?
Slide 21 - Question ouverte
https:
Slide 22 - Lien
Lees blz. 63
Slide 23 - Diapositive
Opdracht 3 blz. 64: Situatie 1
Alice uit België wil in Nederland wonen, omdat ze hier de studie kan doen die ze leuk vindt.
Gebruik het 2e filmpje voor informatie...
Slide 24 - Diapositive
Opdracht 3b. blz. 64 Begrijpen jullie waarom Alice in Nederland wil komen wonen, leg uit waarom.
Slide 25 - Question ouverte
Opdracht 3c. blz. 65 Mag Alice WEL of NIET blijven? Waarom?
Slide 26 - Question ouverte
Opdracht 3 blz. 64: Situatie 2
Chané kan in haar geboorteland Zuid-Afrika geen werk vinden. Daarom wil ze naar Nederland verhuizen en hier een baan zoeken. Ze heeft geen spaargeld en geen Nederlandse partner.
Gebruik het 2e filmpje voor informatie...
Slide 27 - Diapositive
Opdracht 3b. blz. 64 Begrijpen jullie waarom Chané in Nederland wil komen wonen, leg uit waarom.
Slide 28 - Question ouverte
Opdracht 3c. blz. 65 Mag Chané WEL of NIET blijven? Waarom?
Slide 29 - Question ouverte
Opdracht 3 blz. 64: Situatie 3
Mustafa is vanuit Soedan naar Nederland gevlucht omdat hij homo is. In zijn thuisland kan hij hiervoor de doodstraf krijgen.
Gebruik het 2e filmpje voor informatie...
Slide 30 - Diapositive
Opdracht 3b. blz. 64 Begrijpen jullie waarom Mustafa in Nederland wil komen wonen, leg uit waarom.
Slide 31 - Question ouverte
Opdracht 3c. blz. 65 Mag Mustafa WEL of NIET blijven? Waarom?