3 MAVO NASK 2 H5 LES 4
1 / 14
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wat weet je over koolmono-oxide?
Slide 2 - Carte mentale
Welke stof heb je altijd als beginproduct nodig voor verbranding?
A
Zuurstof
B
Koolstof
C
Waterstof
D
Stikstof
Slide 3 - Quiz
Welke stoffen ontstaan altijd bij volledige verbranding?
A
CO2 en H2O
B
CO2 en C
C
H en CO2
D
H en CO
Slide 4 - Quiz
Welke 3 voorwaardes heb je nodig om een brand te ontstaan.......
brandstof moet aanwezig zijn
de temperatuur van de brandstof moet hoger zijn dan de ontbrandingstemperatuur
voldoende zuurstof(lucht)
er moet koolstofmonoxide aanwezig zijn
er moet een onvolledige verbranding plaatsvinden
Slide 5 - Question de remorquage
volledige verbranding
onvolledige verbranding
voldoende zuurstof
onvoldoende zuurstof
giftige gassen
heetste vlam
koolstof mono-oxide
koolstof di-oxide
Slide 6 - Question de remorquage
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Vul de juiste woorden in.
In een reactievergelijking staan na de pijl de formules van de stoffen die.................................................................
Deze stoffen worden ................................ genoemd.
Er staan van elk soort ................... atomen voor de pijl als na de pijl.
Bij het kloppend maken van een reactievergelijking mag je alleen getallen ................. de formules zetten.
De stoffen voor de pijl worden ...................... genoemd.
ontstaan bij een reactie
reactieproducten
beginstoffen
evenveel
achter
voor
verdwijnen
Slide 9 - Question de remorquage
Maak de reactievergelijking van volledige verbranding kloppend.
+
+
_______>
verbranding
CO2
O2
H2O
brandstof
Slide 10 - Question de remorquage
+
Geef een kloppende reactievergelijking van de volgende reactie:
... K
... O₂
... K₂O
4
1
2
3
5
Slide 11 - Question de remorquage
Maak onderstaande vergelijking kloppend:
C7H16 (l) + O2 (g) --> CO2 (g) + H2O (g)
11
8
1
6
7
2
Slide 12 - Question de remorquage
Geef de volledige verbranding van methaan (CH4)
