Thema 4 B8 De geboorte

Thema 4 
Voortplanting en seksualiteit

Extra Stof 8
De geboorte
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Thema 4 
Voortplanting en seksualiteit

Extra Stof 8
De geboorte

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  • Herhalen B6 met paar vragen
  • Uitleg Extra stof 8
  • Oefenen 
  • Tijd voor huiswerk
  • Afsluiten met paar vragen

Slide 2 - Diapositive


Waar vindt de innesteling van de bevruchte eicel plaats?
A
eierstok
B
eileider
C
baarmoeder
D
vagina

Slide 3 - Quiz

Welk deel zorgt voor de uitwisseling van zuurstof en voedingsstoffen?
A
Baarmoeder
B
Embryo
C
Eierstokken
D
Placenta

Slide 4 - Quiz

Hoeveel weken na de bevruchting vindt de geboorte ongeveer plaats?
A
36
B
38
C
40
D
42

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Lien

Nog vier open controlevragen
(mondeling of via lessen-up: wacht instructie af)

Slide 7 - Diapositive

1. Als een vrouw zwanger wordt, stopt de menstruatie. Waarom is dat?

Slide 8 - Question ouverte

1. Als een vrouw zwanger wordt, stopt de menstruatie. Waarom is dat?
De menstruatie stopt omdat het slijmvlies nodig is voor het embryo. Als de vrouw zou menstrueren dan zou het embryo met het slijmvlies naar buiten komen.
Normale cyclus
Cyclus stopt door innesteling

Slide 9 - Diapositive

2. Hoe krijgt het embryo zijn voeding aan de start van de zwangerschap?

Slide 10 - Question ouverte

2. Hoe krijgt het embryo zijn voeding aan de start van de zwangerschap?

In de eerste weken wordt dit gedaan door het baarmoederslijmvlies om het embryo. Dit verandert later in de placenta/moederkoek.
Embryo aan het begin
Placenta

Slide 11 - Diapositive

3. Hoe maakt de placenta het mogelijk dat een kind 'eten' krijgt.

Slide 12 - Question ouverte

3. Hoe maakt de placenta het mogelijk dat een kind 'eten' krijgt.
Bloedvaten van het embryo lopen door de navelstreng naar de placenta. Daar loopt het bloed van moeder en embryo dicht langs elkaar. Hier kan voeding en afval worden uitgewisseld. Het bloed van de moeder gaat dus niet het embryo in!
Placenta

Slide 13 - Diapositive

4. Waarom zit het embryo in een soort zak met vloeistof?

Slide 14 - Question ouverte

4. Waarom zit het embryo in een soort zak met vloeistof?
Het vruchtwater heeft een aantal taken:
  • Beschermen tegen uitdroging
  • Beschermen tegen stoten (als de moeder ergens tegenaan komt of door iets geraakt wordt.)
  • Snelle wisseling van temperatuur tegengaan
Vruchtwater

Slide 15 - Diapositive

0

Slide 16 - Vidéo

Leerdoelen ES8

  • 4.8.16 Je kunt beschrijven hoe een bevalling verloopt

Na negen maanden zwangerschap wordt een baby geboren. De bevalling vindt plaats in verschillende fasen.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Bevalling
  • De ontsluiting (tot wel 20 uur):
1- Spieren in de buikwand trekken zich met tussenpozen samen (weeën)
2- De baarmoederhals  en -mond worden wijder (ontsluiting), waardoor vruchtvliezen meestal breken en vruchtwater wegvloeit uit vagina
  • De uitdrijving (enkele minuten tot 2 uur):
3- Weeën worden krachtiger en spieren in buikwand trekken samen (persweeën)
- Kind wordt naar buiten geperst

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Ligging in de buik

Slide 21 - Diapositive

Na de bevalling
  • 4 Nageboorte
  • Navel

Slide 22 - Diapositive

Maar wat als er een 
keizersnede nodig is?

Slide 23 - Diapositive

Zelfstandig werken:
  • Lees Basisstof 8 goed door en/of bekijk de uitlegvideo
  • Maak opdracht 1 t/m 5 
  • Kijk de opdrachten na met het antwoordboek of digitaal
  • Oefen de Flitskaarten 

- 4.8.16 Je kunt beschrijven hoe een bevalling verloopt

Eerder klaar? 
  • Lees Leren Onderzoeken 'Resultaten digitaal verwerken' op bladzijde 79 en maak opdracht 1 t/m 3 als je eerder klaar bent... of kijk de uitlegvideo op deze pagina


Slide 24 - Diapositive

Lesafsluiter ES8

Slide 25 - Diapositive

5. Uit welke 4 stappen bestaat de bevalling? Wat gebeurt er bij elke stap?

Slide 26 - Question ouverte

5. Uit welke 4 stappen bestaat de bevalling? Wat gebeurt er bij elke stap?
  • Weeen - Spieren van de baarmoeder beginnen samen te trekken.
  • Ontsluiting - Baarmoeder opening word wijder, vruchtvliezen breken open.
  • Uitdrijving - Het kind wordt naar buiten geperst, dit kan van een paar minuten tot een paar uur duren.
  • Nageboorte - De placenta en het baarmoederslijmvlies komen naar buiten.
Ontsluiting
Uitdrijving
Nageboorte

Slide 27 - Diapositive

6. Als een baby niet begint te huilen, geeft de arts soms een tik. Waarom is het belangrijk dat de baby begint te huilen?

Slide 28 - Question ouverte

6. Als een baby niet begint te huilen, geeft de arts soms een tik. Waarom is het belangrijk dat de baby begint te huilen?
Als de baby huilt dan weet de arts dat de ademhaling is begonnen. Daarnaast geeft het aan dat de zintuigen van de baby werken.

Slide 29 - Diapositive

De placenta en resten van de navelstreng die worden uitgedreven heten:
A
Embryo
B
Bevallen
C
Nageboorte
D
Voorgeboorte

Slide 30 - Quiz

Wat zijn weeën?
A
Ontsluiting
B
Eerste verschijnselen van de bevalling
C
Samentrekkingen van de baarmoederwand
D
Baby's die verkeerd om in de buik liggen

Slide 31 - Quiz

Hoe heet het als een baby met het hoofdje naar boven ligt?
A
Zuidligging
B
Noordligging
C
Stuitligging
D
Staatligging

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Lien