4B_H6_paragraaf 1 - 2-3

4B_H6
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

4B_H6

Slide 1 - Diapositive

Wat is het nationaal inkomen per hoofd van Zuid-Afrika?

Slide 2 - Question ouverte

Bereken het inkomen per hoofd van de bevolking voor Liberia

Slide 3 - Question ouverte

Bereken voor Malawai het inkomen per hoofd van de bevolking.

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Vidéo

Vicieuze cirkel
A
De oorzaak van het ene probleem is een gevolg van het andere.
B
Een cirkel die doorbroken wordt.
C
Iets gebeurt en daar volgt dan een actie op in een cirkel

Slide 6 - Quiz

Maak de vicieuze cirkel kloppend. Sleep de teksten op de juiste plek in de cirkel.
geen geld om te investeren
lage productie
armoede
lage opbrengst
eenvoudige productie-methodes

Slide 7 - Question de remorquage

vicieuze cirkel
1
4
2
3
geen geld voor school
niet kunnen lezen of schrijven
ongeschoold werk
Armoede

Slide 8 - Question de remorquage

Een vicieuze cirkel is
A
niet te doorbreken
B
te doorbreken met ontwikkelingshulp
C
iets dat vanzelf overgaat
D
een cirkel die niet helemaal rond is.

Slide 9 - Quiz

Hoe kunnen we deze vicieuze

 cirkel doorbreken?!?!?

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Hulp om economisch te kunnen groeien
1. Ontwikkelingssamenwerking
        * Noodhulp
        * Structurele hulp
2. Gunstigere leningen verstrekken (Wereldbank)
3. Microkrediet

Slide 12 - Diapositive

Noodhulp

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

structurele hulp

Slide 15 - Diapositive

Noodhulp?
structurele hulp?

Slide 16 - Question de remorquage

Wereldbank
Wel kunnen ze dan terechtbij de Wereldbank. 
Deze bank is een onderdeel van de Verenigde Naties en heeft als belangrijkste taak ontwikkelingslanden te helpen met leningen. 

Slide 17 - Diapositive

Wereldbank


Deze landen kunnen geld lenen bij de Wereldbank, maar dat betekent natuurlijk wel dat ze grote schulden krijgen, wat leidt tot nog meer rente en aflossing.

Slide 18 - Diapositive

Vul de volgende woorden in op de stippellijn:
Wel
Rijk
Arm
Lage
Arme
Een ontwikkelingsland is een .......... land.
Ontwikkelingshulp komt van een ............. land.
De Wereldbank leent geld aan........ landen tegen een ..... rente
De Nederlandse overheid geeft ........ ontwikkelingshulp aan arme landen.

Slide 19 - Question de remorquage

Slide 20 - Vidéo

Het geven van microkredieten is noodhulp.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

sommige hulporganisaties geven microkredieten aan ondernemers. Wat is een microkrediet?
A
Geld om eten te kopen
B
Een ongunstige lening die terug betaald moet worden
C
Een hele kleine lening aan een ondernemer
D
Hulporganisaties doen dit niet

Slide 22 - Quiz

Aan het werk
1. Maak paragraaf 6.2 af
2. Kijk paragraaf 6.2 na
3. Start met paragraaf 6.3 en maak t/m vraag 8

Slide 23 - Diapositive