Modal verbs (2mavo)

Have to, must, should
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Have to, must, should

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Slide 3 - Diapositive

To give advice
To tell people to do something (really important)
To tell people to do something (informal)
have to
should
must

Slide 4 - Question de remorquage

Herhaling grammatica ch. 3
Present perfect
Modal verbs: can, could, be able to, be allowed to
Modal verbs: have to, must, should

Slide 5 - Diapositive

Present perfect
Je gebruikt de present perfect om te zeggen dat iets al een tijd aan de gang is. 
1. Sinds wanneer en hoelang iets aan de gang is.
2. Iets dat vroeger is gebeurd, maar je weet niet precies wanneer.
3. als iets kort geleden is gebeurd. 

Slide 6 - Diapositive

Present perfect
Je maakt de present perfect met: have/has to + voltooid deelwoord.

I have lived in Zutphen for 23 years.
He has visited London before, so he knows his way around the underground.
Chris and Meghan have just finished the book. 

Slide 7 - Diapositive

Modal verbs 
Can, could, be able to, be allowed to

Slide 8 - Diapositive

can / can't
could / couldn't
to be able to
to be allowed to
mogen / toestemming hebben
zou kunnen of toestemming vragen
kunnen / instaat zijn om
Kunnen / mogen

Slide 9 - Question de remorquage

Slide 10 - Diapositive

Oefenen?
Ga naar All right - Versterk jezelf - present perfect
Ga naar All right - Versterk jezelf - alle onderwerpen - soorten woorden - modal verbs

Slide 11 - Diapositive