H4 par 4 De Nederlandse Opstand

Wanneer vond de beeldenstorm plaats?
A
1566
B
1466
C
1515
D
1415
1 / 11
suivant
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wanneer vond de beeldenstorm plaats?
A
1566
B
1466
C
1515
D
1415

Slide 1 - Quiz

Benoem een gevolg van de beeldenstorm.

Slide 2 - Question ouverte

Benoem een gevolg van de komst van Alva in de Nederlanden.

Slide 3 - Question ouverte

Deze keer...
  • Je kunt uitleggen waarom Willem van Oranje belangrijk was voor het begin van de Opstand. 
  • Je kunt vier redenen noemen waarom de opstandelingen de Opstand konden volhouden. 

Slide 4 - Diapositive

Alva in Nederland 
  • Alva strafte mensen die mee hadden gedaan aan de beeldenstorm. 
- Straffen van edelen
- Heffen van belasting

Gevolg: de bevolking werd juist opstandiger

Slide 5 - Diapositive

Willem van Oranje
  • Was tegen het centrale bestuur van Filips II
  • Was voor gewetensvrijheid
  • Zelf protestant geworden.
  • Hij vluchtte voor de komst van Alva. 
  • Filips II ontsloeg hem als stadhouder.

Slide 6 - Diapositive

Willem van Oranje
  • Willem verzamelde een leger in Duitsland.
  • In 1568 de eerste slag tegen de Spanjaarden. (Verloren)

Slide 7 - Diapositive

  • In 1572 Den Briel ingenomen. 
  • Daarna bijna alle steden in Holland en Zeeland. > 
  • Steeds meer gewesten sloten zich aan bij de Opstand

Slide 8 - Diapositive

Opstand
  • 1572: Willem van Oranje werd tot aanvoerder van het leger benoemd. 
  • Hij was nu officieel leider van de Nederlandse Opstand.
  • 1584: Willen van Oranje werd vermoord

Slide 9 - Diapositive

Lange oorlog
  • Kort na 1572 werden veel gebieden heroverd door de Spanjaarden. 
--> Behalve Holland en Zeeland

* De opstand duurde uiteindelijk 80 jaar.
* 1648: Vrede van Münster

Slide 10 - Diapositive

Opdracht
* Jullie krijgen een aantal afbeeldingen. 
* Probeer zoveel mogelijk combinaties van afbeeldingen te maken.
* Leg in één of twee zinnen uit waarom de afbeeldingen bij elkaar passen

Klaar? Verder werken in het werkboek. 

Slide 11 - Diapositive