Lesson 5: Days and months

Days and months
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Days and months

Slide 1 - Diapositive

Hoe schrijf je de volgende woorden in het Engels?

Slide 2 - Diapositive

vrijdag

Slide 3 - Question ouverte

dinsdag

Slide 4 - Question ouverte

zaterdag

Slide 5 - Question ouverte

donderdag

Slide 6 - Question ouverte

woensdag

Slide 7 - Question ouverte

juli

Slide 8 - Question ouverte

februari

Slide 9 - Question ouverte

maart

Slide 10 - Question ouverte

oktober

Slide 11 - Question ouverte

april

Slide 12 - Question ouverte

januari

Slide 13 - Question ouverte

augustus

Slide 14 - Question ouverte

juni

Slide 15 - Question ouverte

mei

Slide 16 - Question ouverte

Wat is je opgevallen aan de schrijfwijze?

Slide 17 - Question ouverte

Dagen en maanden schrijf je in het Engels altijd met een hoofdletter! In het Nederlands schrijf je ze met kleine letters.

Slide 18 - Diapositive

 Let's practise!
Go to: my timetable

Do exercise 1 c and 2a+b (page 28)

Finished? Read the text from exercise 5 (Welcome to Justinguitar) and answer the questions (page 31 and 32)

Slide 19 - Diapositive