klas2-wk 8-les 1

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Doen voor start les:

in Classroom zetten:

ned: foto van nagekeken opdr. 4 blz. 171-172 -deadline 17:00

+

Nakijkblad H5-Lezen-opdr. 4 

Nederlands 

 

Leesvaardigheid

18 mei 2020

lesdoelen

• Je herkent de verschillende signaalwoorden en 
• Je weet welk verband de signaalwoorden aangeven.
• Verder  begrijp je dat een vraag al aanwijzingen geeft over het vinden van het antwoord. (waarom...? ---> omdat...)
• Tot slot kun je leesstrategieën toepassen om vragen over de tekst te beantwoorden

3x opsommend signaalwoord

inhoud van de les

Vooraf:
-Deelname aan de les?

-Zelf oefenen met extra teksten.

Tijdens de les:

-Herhalen/oefenen tekstverbanden LessonUp.App

-Maken opdracht 4 pag. 171-172

Daarna,  als er tijd over is:

- oefening met 3 filmpjes: doel raden. 

-15 leerlingen geen upload van opdracht 3

-Teveel leerlingen die in de les niet alle opdrachten in LessonUp maken 

3x  signaalwoord

chronologie

Herhaling H3 pag. 87-88

Signaalwoorden geven het verband aan tussen zinnen en alinea's

chronologisch (tijd)

eerst, daarna, toen, later, vroeger, nu

opsommend 

ter eerste, ten tweede, verder, ook, ten slotte

tegenstellend 

maar, echter, toch, aan de ene kant, hoewel

oefening:
Koppel het juiste signaalwoord aan het tekstverband

toelichtend (uitleg/voorbeeld)

zo, zoals, bijvoorbeeld, denk aan/neem nou

voorwaardelijk 

als ....dan...

tenzij

wanneer (als vervanging van als)

redengevend 

omdat, want, daarom, de reden is, namelijk

oefening
Koppel het juiste signaalwoord aan het tekstverband.

chronologie

opsomming

tegenstelling

toelichting

voorwaarde

reden

zoals

daarnaast

daarom

eerst

maar

tenzij

als...dan

omdat

toch

verder

daarna

namelijk

opdracht 4 - Lesboek blz. 171 
 12:45 weer in de meet voor nabespreking

schrijf in de kantlijn: opdr. 4

Samen oriënteren op de tekst: titel, inleiding, kopjes, plaatje, bron

Samen vraag 1, 2, 3 maken.

Samen vraag 4 t/m 18 bekijken. Welke leesstrategie heb je nodig?

keuze: samen de tekst lezen, of zelf lezen.

opdracht:

maak  vraag 4 t/m 18

klaar?
maak een leerschema van de theorie over de signaalwoorden: H3+H5

nakijken opdracht 4 blz. 171

4 als

5 Als het ontbijt niet te duur is,  (dan) gebruiken steeds meer mensen een ontbijt buiten hun huis.

6 eerst, dan, ten slotte

7 (dat komt) doordat

8 Oorzaak: er is veel in fastfoodketens geïnvesteerd. 

Gevolg: ontbijten buiten de deur is een algemeen gebruik geworden.

9 opsomming  Ontbijten buiten de deur in VS (al.4) en Nederland (al.5) 

10 eveneens

nakijken opdracht 4 blz. 171

11 Mensen spreken af voor een ontbijtje bij Ikea in Delft (alinea 5) en Mensen spreken af in de Hema voor een ontbijtje (alinea 6).

12 toelichtend verband

13 bijvoorbeeld

14 Petra bedoelt daarmee dat het de bedoeling van winkels als de HEMA en IKEA is dat mensen die er komen ontbijten, ook iets anders kopen.

15 Haar koffiezetapparaat is kapot en ze kan de dag niet zonder koffie beginnen.

16 dus

nakijken opdracht 4 blz. 171

17 Uitleggen doe je in je eigen woorden! Maar maak gebruik van de tekst.

Je gaat natuurlijk niet meer geld uitgeven voor minder producten, want koffie kost € 1,50 en een ontbijt – inclusief koffie – kost € 1,00. 

of:

Als je thuis ontbijt, (dan) is dat duurder

18  Een goedkoop ontbijtje buiten de deur wordt steeds populairder (al.1) 

(de hoofdgedachte vind je in inleiding/slot: Is vaak een conclusie. Je moet het onderwerp erin noemen: wat wordt er over het onderwerp gezegd?)

Einde van de les

Wat heb je geleerd over Leesvaardigheid?

• Kijk opdracht 4 na en upload een foto in Classroom (voor 17:00 uur)
  
  
• Alle theorie is herhaald en je weet dat je die moet kennen. 
  Zorg dat je alles leert en herhaalt en herhaalt en herhaalt en...
  
• Een schrijver geeft met signaalwoorden verbanden aan in zijn tekst.
  Als je signaalwoorden kent, begrijp je de tekst makkelijker.
  Als je zelf signaalwoorden gebruikt, kun je beter schrijven, presenteren, discussiëren. 

extra

tekst/lees/kijk/schrijfDOELEN

00:46

Wat is het doel?

00:27

Wat is het doel?

00:45

Wat is het doel?

01:02

Wat is het doel?