Opkomst islam

Ooit een Romeinse tempel, later een christelijke kerk. In de vroege Middeleeuwen werd dit een moskee. In 1535  werd in het midden een christelijke kathedraal gebouwd. 
De Mezquita kathedraal in Cordóba (Spanje)
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Ooit een Romeinse tempel, later een christelijke kerk. In de vroege Middeleeuwen werd dit een moskee. In 1535  werd in het midden een christelijke kathedraal gebouwd. 
De Mezquita kathedraal in Cordóba (Spanje)

Slide 1 - Diapositive

De islam had in de Vroege Middeleeuwen invloed in Europa.
Deze stelling klopt / klopt niet, want ...

Slide 2 - Question ouverte

In deze les: 
  • Hoe ontstond de islam?
  • Hoe verspreidde deze
     godsdienst zich?
  • Contacten tussen Franken
     en moslims 

Slide 3 - Diapositive

Islam

Slide 4 - Carte mentale

Ontstaan van de islam
Mohammed, een koopman uit Mekka ontvangt in 610 een visioen: "Er is maar een god, en dat 
is Allah."

Slide 5 - Diapositive

Van Mekka naar Medina
  • In Mekka worden Mohammed  en zijn boodschap verjaagd.

  • In 622 vlucht hij daarom naar Medina, hier krijgt hij wel veel aanhangers: moslims.

  • 622 is het begin van de islamitische jaartelling. 

Slide 6 - Diapositive

In 633 keren Mohammed en zijn volgelingen terug naar Mekka en veroveren de stad. 
Mohammed zegt dat in de Ka'aba alleen nog tot Allah mag worden gebeden.

Slide 7 - Diapositive

Welke uitspraak over de islam is waar?
A
De islam is monotheïstisch
B
De islam raakte als eerst in Mekka verspreid
C
Het visioen van Mohammed is het begin van de islamitische jaartelling
D
Medina is de belangrijkste religieuze stad voor moslims

Slide 8 - Quiz

In welk jaar leven wij nu volgens de islamitische jaartelling?
A
2021
B
2643
C
622
D
1399

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

Noem vijf landen waar de islam in de Vroege Middeleeuwen verspreid raakte.

Slide 11 - Question ouverte

Verspreiding van de islam
  • Kaliefen (opvolgers van Mohammed) verspreidden het geloof verder.
  • Het is de taak van een moslim om hun best te doen de islam te verspreiden (jihad).

Slide 12 - Diapositive

Vijf zuilen: de belangrijkste leefregels

Slide 13 - Diapositive

Christenen hebben leefregels, net als moslims
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Wat hoort niet bij de 5 zuilen?
A
Geloven dat Allah de enige God is
B
Vijf keer per dag bidden
C
Suikerfeest vieren
D
Iets aan bedelaars geven

Slide 15 - Quiz

Wat hoort bij welk geloof?
christendom
islam
beide
Mohammed
Monotheïsme
kerk
moskee
Mekka
Bijbel
Jezus
Koran

Slide 16 - Question de remorquage

Oorzaak en gevolg
Op de volgende dia's bespreken we een stukje tekst uit de paragraaf. We oefenen daarbij vragen die over oorzaken en gevolgen gaan. 

Slide 17 - Diapositive

(1) Na zijn dood in 632 werd Mohammed opgevolgd door zijn goede vriend Aboe Bakr. (2) Niet alle moslims waren het daarmee eens. (3) Sommigen wilden dat Ali, een neef van Mohammed, zijn opvolger zou worden. (4) Uiteindelijk leidde dit conflict tot een splitsing binnen de islam. 
(5) Sjiieten geloven dat alleen Ali en zijn nakomelingen Mohammed kunnen opvolgen. (6) Soennieten vinden dat Mohammeds opvolgers geen familie hoeven te zijn. 
Vraag: 
In welke zin(nen) vind je de oorzaak voor het ontstaan van een conflict over de opvolging van Mohammed? 

Kies uit:
Zin 1, zin 1 en 2, zin 1 t/m3, zin 5 en 6

Slide 18 - Diapositive

In welke zin(nen) vind je de oorzaak voor het conflict over de opvolger van Mohammed?
A
Alleen in zin 1
B
In zin 1 en 2
C
In zin 1, 2 en 3
D
In zin 5 en 6

Slide 19 - Quiz

(1) Na zijn dood in 632 werd Mohammed opgevolgd door zijn goede vriend Aboe Bakr. (2) Niet alle moslims waren het daarmee eens. (3) Sommigen wilden dat Ali, een neef van Mohammed, zijn opvolger zou worden. (4) Uiteindelijk leidde dit conflict tot een splitsing binnen de islam. 
(5) Sjiieten geloven dat alleen Ali en zijn nakomelingen Mohammed kunnen opvolgen. (6) Soennieten vinden dat Mohammeds opvolgers geen familie hoeven te zijn. 
Vraag: 
In welke zin staat het gevolg van deze opvolgingsstrijd? 

Kies uit:
Zin 3, zin 4, zin 5 of zin 6

Slide 20 - Diapositive

In welke zin staat het gevolg van de opvolgersstrijd?
A
Zin 3
B
Zin 4
C
Zin 5
D
Zin 6

Slide 21 - Quiz

(1) Na zijn dood in 632 werd Mohammed opgevolgd door zijn goede vriend Aboe Bakr. (2) Niet alle moslims waren het daarmee eens. (3) Sommigen wilden dat Ali, een neef van Mohammed, zijn opvolger zou worden. (4) Uiteindelijk leidde dit conflict tot een splitsing binnen de islam. 
(5) Sjiieten geloven dat alleen Ali en zijn nakomelingen Mohammed kunnen opvolgen. (6) Soennieten vinden dat Mohammeds opvolgers geen familie hoeven te zijn. 
Lees de tekst nog één keer goed door.  


Slide 22 - Diapositive

Moslims die vinden dat de opvolger van Mohammed een nakomeling moet zijn, noem je...
A
Soennieten
B
Sjiieten

Slide 23 - Quiz

Contacten tussen moslims en Europa 
Vanaf het ontstaan van de islam is er sprake van contacten tussen moslims en Europeanen. Dit zijn niet alleen (religieuze) oorlogen, maar ook handelscontacten en culturele uitwisseling. 

Op de volgende slide staan enkele voorbeelden van de contacten tussen Europeanen en moslims sinds het ontstaan van de islam in 622. Deel ze in op korte termijn en lange termijngevolgen van het ontstaan van de islam. 

Slide 24 - Diapositive

Korte termijn
Lange termijn
Spanje wordt in 711  door de moslims veroverd en islamitisch gemaakt.
In 1095 roept de Paus christenen op om op kruistocht te gaan en de moslims uit het Heilige Land te verjagen. 
In 732 vindt een oorlog plaats tussen de Franken en de Arabieren. 
In 1492 worden de moslims in Spanje verslagen en verjaagd. 

Slide 25 - Question de remorquage

Aan de slag
Maak test jezelf van 4.5

Slide 26 - Diapositive