Islamitische stromingen

Islamitische stromingen
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Islamitische stromingen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
  • Je weet wat de belangrijke stromingen in de islam zijn
  • Je kan het belangrijkste verschil tussen deze stromingen uitleggen. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stromingen binnen Islam
De belangrijkste twee stromingen:
  • De soennieten (de soennitische moslims behoren tot de soennitische islam)
  • De sjiieten (of sjiitische moslims, deze groep behoort tot de sjiitische islam).

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soennieten
  • Mohammeds vriend en verwant Ali
    de 'door God benoemde' eerste kalief.
  • Aboe Bakr - schoonvader eerste Khalief


  • Geen vaste gezagsstructuur
  • Beperkt aantal feestdagen

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sjiieten
  • Sjiieten zien de imam als een opvolger en een
    afstammeling van Mohammed.
  • Ali - neef en schoonzoon 
  • Minderheid
  • Iran, Pakistan India en Irak
  • Ayatollahs (geestelijk leiders)

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil?
De soennieten en de sjiieten zijn het eens over
de basisleerstellingen van de Islam. Zij zijn het echter niet eens over wie de kalief moet zijn (opvolging); de heerser van de islamitische gemeenschap na de dood van Mohammed.
  • Soennieten --> 80-90%
  • Sjiieten --> 10-20%

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Khalifaat
  • Staat onder leiding van een islamitische rentmeester (leider) met
    de titel kalief. 
  • Een kalief is een religieuze opvolger van Mohammed, leider van de
    moslimgemeenschap.
  • Na de dood van Mohammed hadden moslims verschillende opvattingen over  wie kalief moest worden.
  • De soennieten geloven dat de kalief aan de macht kan komen door verkiezing,
    benoeming, selectie of door geweld. Sjiieten geloven dat een kalief een door God gekozen imam moet zijn uit de familie van
    Mohammed.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Islamitisch fundamentalisme
  • Conservatieve stromingen
  • Terug willen naar de islam zoals in de tijd van Mohammed (7e eeuw). Zij verwerpen de democratie en willen de sharia volgen.
  • Wahabisme
  • Saoedi-Arabië: Sharia als grondwet



Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jihad

  • Jihadisten
  • Strijd voor het geloof
  • Innerlijke Jihad

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Politieke islam
  • Letterlijke lezing Koran
  • Staat -> op basis van islam
  • Geen scheiding tussen godsdienst en staat

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soefisme
  • Een mystieke stroming binnen de islam.
  • Gericht op persoonlijke verbinding met God.
  • Bekend om meditatie, muziek en dans.
  • Inspiratiebron voor poëzie, zoals van Rumi.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kenmerken soefisme
  • Spirituele oefeningen zoals Dhikr (herhaling van Gods naam).
  • Draaiende derwisjen: rituele dans om in contact met God te komen.
  • Focus op universele liefde, vrede en innerlijke zuivering.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De islam in Nederland (1)
  • Koninkrijk Nederland grootste moslimland van Europa (1816-1949) 
  • Vanaf jaren 1960: aantal moslims neemt weer toe -> gastarbeiders.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

De islam in Nederland (2)
Vier groepen moslims in NL
  • Oude koloniën
  • Gastarbeiders
  • (Politieke) vluchtelingen/ werk zoekenden
  • Bekeerlingen


Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Lesbrief hoofdstuk 4 - alle vragen. 
Ben je klaar - ga verder met je PO

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Les 2: Leerdoelen
  • Je weet hoe terrorisme dat is verbonden aan de Islam is ontstaan.
  • Je weet wat de belangrijke kenmerken zijn van  terrorisme dat is verbonden aan de Islam.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is terrorisme dat verbonden is aan de Islam?
Definitie: Gebruik van geweld door groepen die zich beroepen op een radicale interpretatie van de Islam.
Achtergrond:
  • Ontstaan in de moderne tijd als reactie op politieke, sociale, en economische spanningen.
  • Niet representatief voor de islam als geheel, maar een misbruik van religieuze teksten.

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vroege geschiedenis
Wortels in de 20e eeuw:
  • Reactie op kolonialisme en de val van het Ottomaanse Rijk in 1924.
  • Oprichting van radicale bewegingen zoals de Moslimbroederschap in Egypte (1928).
Inspiratie bronnen:
  • Radicalen zoals Sayyid Qutb (Egypte) ontwikkelden ideologieën die geweld rechtvaardigen om een islamitische staat te vestigen.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie was de oprichter van de IS?
A
Abu Bakr al-Baghdadi
B
Abu Musab al-Zarqawi
C
Ayman al-Zawahiri
D
Osama bin Laden

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Moderne tijd
Afghanistan en de Jihad (1980-1990):
  • Sovjet-invasie in Afghanistan leidde tot internationale jihad-bewegingen.
  • Groepen zoals Al-Qaeda werden opgericht (Osama bin Laden, 1988).
Belangrijke gebeurtenissen:
  • 11 september 2001 (9/11): Aanslagen door Al-Qaeda op de VS.
  • Opkomst van IS (2014): Oprichting van een "kalifaat" in Irak en Syrië.

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke strategie gebruikte IS om snel gebied te veroveren?
A
Diplomatieke onderhandelingen
B
Buitenlandse allianties
C
Snelle en gewelddadige aanvallen
D
Economische sancties

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Khalifaat
Wahibisme
Abu Bakr al-Baghdadi
Soennieten
Jihad
Al-Qaeda
Sharia
Een staat gebaseerd op islamitische wetgeving
Een conservatieve en radicale stroming
De leider van IS die in 2014 het kalifaat uitriep
De grootste stroming binnen de Islam
Heilige oorlog
Terroristische organisatie 
Islamitische wetgeving

Slide 28 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat was een van de belangrijkste redenen waarom IS zoveel aanhang kreeg?
A
De belofte van rijkdom
B
De belofte van een islamitische staat
C
Hun samenwerking met Westerse landen
D
Hun inzet voor vredesonderhandelingen

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke ideologie/ stroming volgt IS?
A
Wahibisme
B
Soefisme
C
Sjiisme
D
Secularisme

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de volledige naam van de terreurgroep IS?
A
Internationale samenzwering
B
Islamitische Staat
C
Islamitische samenwerking
D
Irakese Soevereiniteit

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht Terrorisme Verminderen
In teams staat een opdracht waarbij jullie in tweetallen gaan werken als een team van VN-experts. Samen ontwikkelen jullie een strategie om terrorisme dat met de Islam is verbonden te verminderen.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Les 3: Fundamentalisme
Leerdoelen: 
  • Je begrijpt wat het fundamentalisme inhoudt.
  • Je begrijpt het verschil tussen geloofsbeleving en fundamentalisme en/of extremisme.

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is fundamentalisme?
Definitie: strikte interpretatie van het geloof (kan dus elk geloof zijn)
Kenmerken: Letterlijke interpretatie van religieuze teksten, afwijzing van moderniteit.
Voorbeelden: Wahabisme, Iraanse Revolutie.

Slide 34 - Diapositive

Fundamentalisme is een reactie op modernisering en verandering.
In de Iraanse Revolutie was fundamentalisme een middel om de samenleving te hervormen volgens traditionele islamitische waarden.

Slide 35 - Vidéo

Fundamentalisme is een reactie op modernisering en verandering.
In de Iraanse Revolutie was fundamentalisme een middel om de samenleving te hervormen volgens traditionele islamitische waarden.
Waarom zouden sommige mensen fundamentalisme aantrekkelijk vinden in een tijd van onzekerheid?

Wat is geloofsbeleving?
Geloofsbeleving is de persoonlijke manier waarop iemand zijn/haar geloof ervaart.
Kenmerken:
  • Persoonlijk en spiritueel.
  • Kan traditioneel of modern zijn.
  • Respecteert vaak andere overtuigingen.
Voorbeelden:
  • Dagelijkse gebeden.
  • Rituelen zoals vasten of feestdagen vieren.

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is extremisme?
Extremisme gaat verder dan persoonlijke geloofsbeleving.
Kenmerken:
  • Onverdraagzaamheid tegenover andere overtuigingen.
  • Letterlijke interpretatie van religieuze teksten.
  • Kan leiden tot dwang, uitsluiting of geweld.
Voorbeelden:
  •   Het opleggen van religieuze wetten aan anderen.
  •   Gebruik van geweld om religieuze doelen te bereiken.

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschillen tussen geloofsbeleving en extremisme
Geloofsbeleving:
  • Persoonlijk en vrijwillig.
  • Gericht op eigen spirituele groei.
  • Respecteert diversiteit.

Extremisme:
  • Vaak dwingend en collectief.
  • Gericht op controle of overheersing.
  • Onverdraagzaam tegenover anderen.

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is dit verschil belangrijk?
  • Helpt stereotypen over religies te doorbreken.
  • Voorkomt dat mensen onterecht worden veroordeeld op basis van hun geloof.
  • Maakt duidelijk dat extremisme een misbruik van religie is.
  • Bevordert respect en begrip in een diverse samenleving.

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Moskee bezoek
  • Maandag 16 december tijdens het 3e t/m 6e lesuur brengen we een bezoek aan de Ulu moskee in Utrecht (Moskeeplein 89, Utrecht).
  • Jullie gaan er zelf heen en worden om 11.25 uur bij de moskee verwacht. 
  •  Het bezoek duurt tot 13u. Lessen het 7e en 8e uur gaan gewoon door!




Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht: Voorbereiding moskee bezoek
- Wat verwacht je van het bezoek aan de moskee? 
- Google de moskee die je gaat bezoeken.
- Bekijk de website.
- Hoe ziet de moskee er van buiten uit? Wat valt je op?
- Hoe ziet de moskee er van binnen uit? Beschrijf het interieur. Wat valt je op?
- Raadpleeg de reader (eventueel ook Internet) welke ruimtes je in elke moskee treft.
- Wat is de functie van elke ruimte?
- Zijn er ook ruimtes die je niet in elke moskee treft? Zo ja; benoem deze.
- Welke voorwerpen kom je zoal tegen in een moskee?
- Bedenk minimaal 2 vragen die je wil stellen tijdens het bezoek.

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Get your PO on!

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions