8-11-2021 paragaaf 4

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Klimaat en landschapszones

Waar wonen mensen op aarde en waarom wonen ze daar?

Dat heeft te maken met het klimaat en het landschap dat daarbij hoort.

Leerdoelen van deze les

1. Je kunt de klimaten en het landschap dat daarbij hoort herkennen
2. Je kunt de 4 klimaten herkennen op een Klimaatdiagram 
3. Je kunt de klimaatzones op aarde aangeven

Loofbomen - = waar wij wonen

Bijvoorbeeld: Beuken- Eiken-, Kastanjeboom

Kenmerkend voor loofbomen = ze verliezen hun bladeren in de herfst 

1. Teken een aardbol. 

2. Schrijf nu alle landschapszones erop die je kent

Weer en klimaat

Weer = op dit moment: neerslag, wind, tempratuur

Klimaat = de tempratuur & de neerslag over 30 jaar

 (het weer wat je ergens kunt verwachten)

Wij hebben de wereld opgedeeld in verschillende klimaten. 

4 klimaten

1. Poolklimaat

- Hele jaar koud (onder 10 graden)

- Weinig Neerslag

4 klimaten

2.  Gematigd klimaat 

- tussen koud en warm in

- bijna hele jaar neerslag

4 klimaten

3.  Droog klimaat

- vaak erg heet

- weinig neerslag

4 klimaten

4.  Tropisch klimaat

- hele jaar warm

- veel neerslag

Klimaatdiagram

Dit is een grafiek waarin je kunt aflezen welk klimaat een plaats of gebied heeft.

Oefenen:

Teken nu zelf een klimaatgrafiek:

Mk. opdracht 3

1. Tropisch klimaat
2. Droog klimaat
3. Gematigd klimaat
4. Poolklimaat

1. Tropisch klimaat
2. Poolklimaat
3. Gematigd klimaat
4. Droog klimaat

1. Tropisch klimaat
2. Droog klimaat
3. Gematigd klimaat
4. Poolklimaat

1. Tropisch klimaat
2. Droog klimaat
3. Gematigd klimaat
4. Pool klimaat

1. Droog klimaat
2. Poolklimaat
3. Gematigd klimaat
4. Tropisch klimaat

1. Poolklimaat
2. Tropisch klimaat
3. Droog klimaat
4. Gematigd klimaat

1. Droog klimaat
2. Tropisch klimaat
3. Poolklimaat
4. Gematigd klimaat

1. Droog klimaat
2. Tropisch klimaat
3. Poolklimaat
4. Gematigd klimaat

1. tropisch klimaat
2. Droog klimaat
3. Pool klimaat
4. Gematigd klimaat

Je weet nu de klimaten met hun landschap te combineren, knap!

Maar weet je nu ook welke klimaten je tegenkomt van de evenaar naar de noord/zuidpool?

Verschillen in bevolkingsspreiding 

Dunbevolkt zijn de volgende gebieden:

- teveel hoogteverschil (reliëf)

- klimaat te warm

-Klimaat te koud

- klimaat te droog

Bevolkingsconcentratie =?

In welke klimaatzone vind je de grootste bevolkingsconcentraties?

1. Tropisch klimaat
2. Droog klimaat
3. Gematigd klimaat
4. Pool klimaat

Op welk schaalniveau heb je de klimaten, landschap en bevolkingsspreiding nu bekeken in deze les?

1. Lokale schaal
2. Continentale schaal
3. Nationale schaal
4. Mondiale schaal

Wat heb je deze les geleerd?

Kijk nog een keer naar de dia met de lesdoelen = nr. 2

Heb jij alle doelen gehaald?