kgt 1 hoeken meten

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

lesplanning

terugblik hoeken meten

lessonup vragen

huiswerk nakijken

opgaven maken

afsluiting: voorbeeld hoek tekenen

4.2: Hoeken meten

Een hoek meten doe je als volgt:

4.2: Hoeken meten

Een hoek meten doe je als volgt:

1. leg je geodriehoek op de hoek 

(met de 0 op het hoekpunt)

4.2: Hoeken meten

Een hoek meten doe je als volgt:

1. leg je geodriehoek op de hoek 

(met de 0 op het hoekpunt)

2. leg de liniaal op een been.

4.2: Hoeken meten

Een hoek meten doe je als volgt:

1. leg je geodriehoek op de hoek 

(met de 0 op het hoekpunt)

2. leg de liniaal op een been.

3. meet de hoek bij de gradenboog

(let op: scherpe of stompe hoek!)

op de geodriehoek staan 2 gradenbogen hoe kan je zien welke je moet gebruiken

1. je begint met tellen vanaf het been van de hoek waar je geodriehoek ligt
2. je moet kijken of de hoek scherp of stomp is, dan weet je welke boog je moet aflezen
3. je gebruikt altijd de boog met het laagste getal
4. je moet dat altijd maar gokken

Net als bij hoeken meten kun je zien aan welke kant van de graden je moet beginnen met tellen. Hoe kon je dat zien?

1. Je begint aan de kant van de 0 waar de lijn ligt
2. Je begint altijd aan de linkerkant
3. Je begint altijd aan de rechterkant
4. Je moet dat altijd gokken

meet de hoek A van opg. 33 (blz. 193)
Hoe groot is hoek A?

1. 159 graden
2. 21 graden
3. 180 graden
4. 45 graden

meet de hoek B van opg. 33 (blz. 193)
Hoe groot is de hoek B?

1. 39 graden
2. 41 graden
3. 141 graden
4. 139 graden

klaar met nakijken?

maak opgaven:

33 cdegh, 35 a t/m c en 36 t/m 39

(blz. 193-195)

opgaven maken

maak opgaven:

33 cdegh, 35 a t/m c 

en 36 t/m 39

(blz. 193-195)

werk voor jezelf en in stilte

Afsluiting

huiswerk: opgave 33 cdegh, 35 a t/m c, 36 t/m 39

pak alvast je tas in.

we kijken als afsluiting nog een filmpje.

Net als bij hoeken meten kun je zien aan welke kant van de graden je moet beginnen met tellen. Hoe kon je dat zien?

1. Je begint aan de kant van de 0 waar de lijn ligt
2. Je begint altijd aan de linkerkant
3. Je begint altijd aan de rechterkant
4. Je moet dat altijd gokken