6. Waar merk je aan dat jij het naar je zin hebt of niet? Hoe zien anderen aan jou dat je goed in je vel zit?
7. Als je hier de deur uitloopt, wat zou je dan het allerliefste willen doen?
8. Of-Of: fitness of teamsport?
9. Of-Of: vakantiebaan of vakantie?
10.Of-Of: ‘hangen’ of uitgaan?