3.5 kringlopen

Paragraaf 3.5 Kringlopen
1. Je kunt uitleggen hoe voedselketens een voedselkringloop worden;
2. Je kunt uitleggen hoe de kringloop van fotosynthese en verbrandinga zijn  verbonden met de koolstofkringloop;
3. Je kunt de koolstofkringloop uitleggen;

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Paragraaf 3.5 Kringlopen
1. Je kunt uitleggen hoe voedselketens een voedselkringloop worden;
2. Je kunt uitleggen hoe de kringloop van fotosynthese en verbrandinga zijn  verbonden met de koolstofkringloop;
3. Je kunt de koolstofkringloop uitleggen;

Slide 1 - Diapositive

Voedselkringloop
Koolstofkringloop
Afval-
eters

Slide 2 - Diapositive

koolstofkringloop

Slide 3 - Diapositive

Kringloop van verbranding en fotosynthese

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Koolstofkringloop

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Koolstofkringloop

Slide 8 - Diapositive

Koolstofkringloop

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Koolstofkringloop maken
Pijlen in goede richting tussen verschillende onderdelen
Gebruiken de termen: fotosynthese, verbranding, fossilisatie
Laat je kringloop checken door docent

Slide 11 - Diapositive

De koolstofkringloop
Fotosynthese (alleen in planten)
Water + CO2 + Licht (energie)  -->        Zuurstof + Glucose

Verbranding (in alle levende wezens!!)
Zuurstof + Glucose                      -->        Energie + CO2 + Water
                       (brandstof)                (warmte/ beweging)

Slide 12 - Diapositive

Koolstofkringloop
Bij de koolstofkringloop kijk je alleen naar het atoom koolstof ==> dus de C

Tijdens fotosynthese en verbranding gaan de koolstofatomen van de ene stof over in de andere.

Dus van CO2, naar glucose, naar CO2

Slide 13 - Diapositive

Voedselkringloop
Koolstofkringloop
Afval-
eters

Slide 14 - Diapositive

biologiepagina

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

antwoorden
9 C
10 B
14 E producenten, consumenten en reducenten
18 A dier=3 plant=2 rotbac=4 wortelknol bac=1

Slide 20 - Diapositive