Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Persoonsvorm & werkwoordelijk gezegde
Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
- Kun je de persoonsvorm in de zin benoemen.
- Kun je het werkwoordelijk gezegde in de zin benoemen.
1 / 15
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
15 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
80 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
- Kun je de persoonsvorm in de zin benoemen.
- Kun je het werkwoordelijk gezegde in de zin benoemen.
Slide 1 - Diapositive
In elke zin zitten werkwoorden
Eén van die werkwoorden is de persoonsvorm.
Een persoonsvorm is een werkwoord
Elke zin heeft een persoonsvorm
Slide 2 - Diapositive
Persoonsvorm
Als je de zin in een
andere tijd
zet, verandert de persoonsvorm.
Slide 3 - Diapositive
Zinsdelen
1. zoek de persoonsvorm
2. alles voor de persoonsvorm is een zinsdeel
3. alle werkwoorden zijn aparte zinsdelen
4. alle woorden/woordgroepjes die voor de pv geplaatst kunnen worden zijn zinsdelen
Denk aan tijd/locatie/richting/hoeveelheid etc.
Slide 4 - Diapositive
Werkwoordelijk gezegde
Het werkwoordelijk gezegde is
een zinsdeel.
Het werkwoordelijk gezegde = alle werkwoorden in de zin.
De persoonsvorm is onderdeel van het werkwoordelijk gezegde.
Het werkwoordelijk gezegde zegt wat het onderwerp
‘doet’ of ‘overkomt’.
Let op: het woordje
te
voor een heel werkwoord hoort ook bij het werkwoordelijk gezegde!
Ik heb veel
te
doen.
--> werkwoordelijk gezegde: heb te doen
Werkwoordelijk gezegde (wwg)
Slide 5 - Diapositive
Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin:
"Ik kan het werkwoordelijk gezegde van een zin benoemen."
A
ik
B
kan
C
kan benoemen
D
het werkwoordelijk gezegde van een zin
Slide 6 - Quiz
Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin
"Ik hang de was op."
A
hang
B
was
C
hang op
D
op
Slide 7 - Quiz
Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin:
"Ik kan dit niet betalen."
A
kan
B
betalen
C
kan niet betalen
D
kan betalen
Slide 8 - Quiz
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
'Ik ben aan het voetballen.'
Slide 9 - Question ouverte
Wat is het werkwoordelijk gezegde:
"Dat had je niet moeten doen!"
Slide 10 - Question ouverte
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
"Ik kan het me niet voorstellen!"
Slide 11 - Question ouverte
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
"Ik heb het geleerd."
Slide 12 - Question ouverte
Wat is het complete werkwoordelijk gezegde?
"Hoe dikwijls heeft ze het hem op zijn hart gedrukt?"
Slide 13 - Question ouverte
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
"Hij zou het hebben gedaan."
Slide 14 - Question ouverte
Aan de slag!
Maak $6: Werkwoordelijk gezegde
Opdracht 1 t/m 5
Klaar? Weektaak afmaken
timer
1:00
Slide 15 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Persoonsvorm & werkwoordelijk gezegde
Octobre 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Persoonsvorm & werkwoordelijk gezegde
Septembre 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Persoonsvorm & werkwoordelijk gezegde
Octobre 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Persoonsvorm & werkwoordelijk gezegde
Novembre 2024
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Persoonsvorm & werkwoordelijk gezegde
Février 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Persoonsvorm & werkwoordelijk gezegde
Octobre 2024
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde en onderwerp.
Avril 2024
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 7
Persoonsvorm, werkwoordelijk gezegde en onderwerp.
Avril 2024
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 7