Week 7 Theorie Geriëttte

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

_M@-MZ-VIG LWP Persoonlijke zorg vanaf cohort 2022 (LWP16066)

Ademhaling, bloedsomloop, spijsverteringsstelsel  

Planning

Keuze: uitleg van mij of in 3 groepjes een onderwerp uitpluizen en aan elkaar laten zien?

(dat laten zien mag je zelf weten hoe: powerpoint, flap, tekening, woordweb, materiaal uit het SKILLs gebruiken zoals een pop, torso etc)

Planning

TWIXX ademhaling, bloedsomloop, spijsverteringskanaal

pauze

opdracht 6 en 7 uit de reader

de luchtpijp vertakt zich in

1. bronchiën
2. longblaasjes
3. luchtpijpvaten
4. luchtpijptakjes

waarom kan er snel gaswisseling plaatsvinden in de longen?

1. de wand van de luchtpijp is erg dun
2. er zit een laagje slijm in de longblaasjes
3. Het oppervlak van de longblaasjes is groot
4. alle antwoorden zijn goed

je kunt beter ademhalen door je neus omdat

1. de lucht dan wordt verwarmd
2. je gewaarschuwd wordt voor gevaarlijke stoffen
3. de lucht vochtig gemaakt wordt
4. alle antwoorden zijn goed

Bloedsomloop

Vervoeren van voedingsstoffen en zuurstof naar het lichaam.
Op de terugweg naar het hart en longen neemt het bloed afvalstoffen mee.

Waarom is de bloedsomloop belangrijk?

Wat gebeurt er als je bloedsomloop niet goed werkt?

Wat zouden redenen kunnen zijn dat je bloedsomloop niet goed werkt?

1. Te lang zitten
2. Roken
3. Diabetes
4. Hoge/lage bloeddruk

Aders

Slagaders

Haarvaten

Naar het hart toe (meestal zuurstofarm)

Van het hart af (meestal zuurstofrijk)

Kleinste bloedvaten, geeft voedingsstoffen af

Wat is het verschil tussen de grote en kleine bloedsomloop?

Spijsvertering

Van mond tot kont

Spijsvertering

Mond:

• Kauwen 
  
• Speeksel >> amylase

Spijsvertering

Slokdarm:

• Spierbuis
• Het voedsel wordt naar beneden geknepen

Spijsvertering

Maag:

• Opslag voor voedselbrij
• Sterke zuren zorgen voor afbraak  

       Deze zuren doden ook bacterien

• Voedsel zit max 4 uur in je maag

Spijsvertering

Dunne darm:

• 5 meter lang
• Andere sappen komen hier samen

       (Lever-galblaas, alvleesklier)

• Darmplooien en darmvlokken
• 4 tot 6 uur in dunne darm

Spijsvertering

Dikke darm:

• Al het bruikbare is al uit de brij
• Vocht en zouten worden nog gewonnen
• Poep

Dunne darm

Dikke darm

Lever

Alvleesklier

Endeldarm

Rectum

Slokdarm

Maag

Diarree?

Gevolg?

Wat kun je er aan doen?

Wat gebeurt er in je dunne darm?

1. Opname vocht
2. Opname voedingsstoffen
3. Opslagplaats voedsel
4. Helemaal niets

Wat gebeurt er in je maag?

1. Opname vocht
2. Opname voedingsstoffen
3. Opslagplaats voedsel
4. Helemaal niets

Aan de slag

Uit je reader opdracht 6 en 7

Let op: Opdracht 6 casus mw Peters mist, werk beide situaties uit bij punt a

Ben je klaar dan kan je vast aan opdracht 9 beginnen