Herhalen H6 Elektriciteit

herhalen §6.1. t/m §6.5.
1 / 52
suivant
Slide 1: Diapositive
NaskMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 52 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

herhalen §6.1. t/m §6.5.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Wat is geen spanningsbron?
A
Batterij
B
Stopcontact
C
Stekker
D
Accu

Slide 4 - Quiz

Een batterij is een spanningsbron. In een spanningsbron zit......
A
spanning
B
energie
C
stroom

Slide 5 - Quiz

Hoe schakel je een spanningsmeter
A
Als onderdeel in de schakeling
B
Over een onderdeel

Slide 6 - Quiz

Een andere woord voor spanningsmeter is ?
A
Amperemeter
B
Stroommeter
C
Voltmeter
D
Decibelmeter

Slide 7 - Quiz

Wat meet een spanningsmeter?
A
De spanning in Ampère (A)
B
De spanning in Watt (W)
C
De spanning in Millieampere (mA)
D
De spanning in Volt (V)

Slide 8 - Quiz

Lees de spanningsmeter af
A
4 V
B
8 V
C
0,8 V

Slide 9 - Quiz

Is dit een spanningsmeter of stroomsterktemeter?
A
spanningsmeter
B
stroomsterktemeter
C
Weet je niet
D
Kan beide

Slide 10 - Quiz

De spanningsmeter is ingesteld op een meetbereik van......
A
3 V
B
15 V
C
30 V

Slide 11 - Quiz

Hoeveel geeft de spanningsmeter aan?
A
18V
B
1,8V
C
9V
D
8V

Slide 12 - Quiz

Wat geeft de spanningsmeter aan?
A
6 A
B
6 V
C
12 A
D
12 V

Slide 13 - Quiz

Wat is het schakelsymbool van een spanningsmeter?
A
B
C
D

Slide 14 - Quiz

Omrekenen !
(kilo - hecto - deca - .......................... - deci - centi - milli)

Hoeveel volt is 200 mV
A
200
B
2000
C
0,02
D
0,2

Slide 15 - Quiz

Omrekenen !
(kilo - hecto - deca - .......................... - deci - centi - milli)

Hoeveel volt is 325 mV
A
3250
B
325000
C
0,325
D
3,25

Slide 16 - Quiz

Hoeveel kilovolt is 115 volt?
A
1,15 kV
B
0,115 kV
C
115 000 kV
D
11 500 kV

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Diapositive

Voor een stroomkring heb je nodig:
- een spanningsbron (hier de batterij)
- verbindingen (hier de snoeren)
- een apparaat (hier het lampje)

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Wat doet een geleider?
A
Geeft stroom gemakkelijk door.
B
Houdt stroom tegen.

Slide 21 - Quiz

Een Isolator is...
A
een stof die elektriciteit niet doorlaat
B
een stof die elektriciteit doorlaat
C
een stof die elektriciteit niet opwekt
D
een stof die elektriciteit opwekt

Slide 22 - Quiz

Wat is geen geleider
A
Ijzer
B
Koper
C
Water
D
Lucht

Slide 23 - Quiz

Een geleider is...
A
een stof die elektriciteit niet doorlaat
B
een stof die elektriciteit doorlaat
C
een stof die elektriciteit niet opwekt
D
een stof die elektriciteit opwekt

Slide 24 - Quiz

Wat is een geleider?
A
Lucht
B
Rubber
C
Aluminium
D
Kunststof

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive

serie
parallel

Slide 27 - Question de remorquage

Parallel schakeling
Serie schakeling

Slide 28 - Question de remorquage

Serie
Parallel

Slide 29 - Question de remorquage

Slide 30 - Vidéo

Als je twee baterijen van 3 V in serie schakelt, wat is dan de totale spanning?

Slide 31 - Question ouverte

Batterij
Schakelaar open
Lampje
Schakelaar dicht

Slide 32 - Question de remorquage

Serieschakeling

Slide 33 - Diapositive

Parallelschakeling
De totale stroomsterkte
is 2,7 A    
Welke stroomsterktes 
meten we bij 1,2,3,4,5?                                

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Vidéo

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Diapositive

HUISINSTALLATIE

Slide 42 - Diapositive

Slide 43 - Diapositive

Slide 44 - Diapositive

Slide 45 - Diapositive

Slide 46 - Diapositive

Slide 47 - Diapositive

Wat is de eenheid van Energie
A
E
B
P
C
kWh
D
kW

Slide 48 - Quiz

Wat is de eenheid van vermogen in de formule E=P x t
A
W
B
kW
C
P
D
E

Slide 49 - Quiz

Slide 50 - Diapositive

Energie = vermogen x tijd
E = P x t

Slide 51 - Diapositive

Slide 52 - Diapositive