V4 - les 10 - Música y baile concordancia por para a en

1 / 34
suivant
Slide 1: Vidéo
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

¿Sobre qué tema vas a escribir en esta clase?

Slide 2 - Question ouverte

Objetivo de la clase

Al final de la clase has escrito sobre la música y baile de la fiesta
Al final de la clase  sabes usar A, EN, POR y PARA
Al final de la clase sabes qué es concordancia

Slide 3 - Diapositive

Escribe tres actividades de la clase de español de la semana pasada (con el perfecto).
Mira lessonup les 8

Slide 4 - Question ouverte

Los deberes para hoy

Slide 5 - Diapositive

Escribe las terminaciones del imperfecto regular
timer
1:30

Slide 6 - Question ouverte

¿Qué verbos son irregulares en el imperfecto?
Escribe la forma (de rijtjes)
timer
3:00

Slide 7 - Question ouverte

4 marcadores del imperfecto
timer
1:00

Slide 8 - Question ouverte

El uso del imperfecto
¿Qué frase es falsa?
A
Om te vertellen over acties in het verleden
B
Om personen of dingen te beschrijven in het verleden
C
Om de oorzaak te geven van iets dat je in het verleden hebt gedaan
D
Om te vertellen over gewoontes in het verleden

Slide 9 - Quiz

Corregir los deberes
Ejercicio 13
1. era, gustaba
2. vivían
3. salíais
4. ibas
5. iba - daba
6. tomaba
7. tenía
8. bajaba
9. vivía - era - era - tenía - daba
10. hablaba
Ejercicio 14
1. estaba
2. había
3. tenía
4. pensabas - hablaban
5. tenía - estudiaba
6. eran - bailaban
7. iba

Slide 10 - Diapositive

Un poco de grámatica

Escucha bien el vídeo

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Explica la diferencia entre "a" y ''en"

Slide 13 - Question ouverte

A
EN
in
op
Geeft richting aan
Geeft een vaste plaats aan
Voy . . . pie al cole.
Voy . . . bici al cole.
ir + . . .
estar + . . .

Slide 14 - Question de remorquage

Escribir texto de tu presentación
Música y baile
  1. Dansten de mensen tijdens het feest?
  2. Was dit een traditionele dans? (naam van die dans)
  3. Was er muziek?
  4. Welke instrumenten werden gebruikt?
  5. Zongen de mensen?
  6. En jullie? Wat hebben jullie gedaan?
  7. Geen filmpje laten zien ajb,  wel foto's met jou erbij.

En holandés
timer
8:00

Slide 15 - Diapositive

Escribir texto de tu presentación
Música y baile
  1. Dansten de mensen veel tijdens het feest?
  2. Was dit een traditionele dans? (naam van die dans)
  3. Was er muziek?
  4. Welke instrumenten werden gebruikt?
  5. Zongen de mensen?
  6. En jullie? Wat hebben jullie gedaan?
  7. Geen filmpje laten zien ajb,  wel foto's met jou erbij.

En español
timer
12:00

Slide 16 - Diapositive

Un poco de grámatica - 2

Escucha bien el vídeo

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

¿Cuándo se usa por?
¿Cuándo se usa para?

Slide 19 - Question ouverte

Concordancia
Lidwoorden en bijvoeglijke naamwoorden passen zich in getal en geslacht aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.
Kan je een voorbeeld geven?

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

timer
5:00

Slide 30 - Diapositive

Concordancia
woorden op -ión altijd vrouwelijk
woorden op -ad altijd vrouwelijk
woorden op -e altijd manndelijk
Uitzondering: la mano
Slides 21 t/m 31

Slide 31 - Diapositive

Escribir texto de tu presentación
Tu opinión
Vertel uitgebreid hoe je het feest vond. Leg uit waarom. 
Minimaal 50 woorden. Gebruik je woordenlijst ''opinión'' in de reader.

Preguntas
Bedenk 3 vragen voor de klas, om te checken of ze goed hebben opgelet.



Slide 32 - Diapositive

1. ¿Estás contento con tu trabajo de hoy?
2. Explica porqué (no).
3. ¿Es difícil escribir en español para ti?
4. ¿Qué es difícil?

Slide 33 - Question ouverte

Los deberes para el miércoles

Slide 34 - Diapositive