Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
PA1 capítulo 2: En camino
Hola, Buenos días
Hoy es: lunes
martes
miércoles
jueves
viernes
sábado
domingo
1 / 28
suivant
Slide 1:
Diapositive
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
28 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Hola, Buenos días
Hoy es: lunes
martes
miércoles
jueves
viernes
sábado
domingo
Slide 1 - Diapositive
vragen waar iemand woont
Vertellen waar je zelf woont
de weg vragen en de weg wijzen
Woordenschat:
gebouwen en winkels
om je huis te beschrijven
vraagwoorden
vervoegingen van het ww
ESTAR
vervoeging van
regelmatige werkwoorden
Leerdoelen
Grammatica:
Slide 2 - Diapositive
Jullie kunnen al
De vervoegingen van het
onregelmatige werkwoord
SER
De getallen t/m 20
Jezelf voorstellen
en meer... wat ook alweer?
Slide 3 - Diapositive
Repaso (=herhaling)
Slide 4 - Diapositive
Welke vertaling hoort bij welk persoonlijk voornaamwoord?
nosotros
yo
él, ella, ud.
tú
vosotros
ellos, ellas, uds.
jullie
ik
wij
jij
zij/u mv
hij/zij/u
Slide 5 - Question de remorquage
Hoe zeg je in het Spaans:
HIJ
A
el
B
él
C
ella
D
tú
Slide 6 - Quiz
Hoe zeg je in het Spaans:
Zij (meervoud)
A
Ella
B
Ellos
C
Ellas
D
Él
Slide 7 - Quiz
Hoe zeg je in het Spaans:
JULLIE
A
Nosotros
B
Nosotras
C
Vosotras
D
Vosotros
Slide 8 - Quiz
hoe vertaal je 'zij' in het Spaans als het gaat om een groep vrouwen?
A
ellos
B
ellas
C
vosotros
D
vosotras
Slide 9 - Quiz
Het hoeveelste persoonlijke voornaamwoord gebruik je voor:
Los chicos
A
3e
B
2e
C
5e
D
6e
Slide 10 - Quiz
Wat betekent het werkwoord SER?
Slide 11 - Question ouverte
Zet de juiste vervoeging van SER in de zinnen.
timer
1:00
Amy y Sam _____
(Ser)
mis alumnas.
Charissa y yo______
(Ser)
amigas.
Tú________
(Ser-tú)
una persona unica.
Yo _______ (
Ser)
holandés y vivo en Huizen.
Emmy y tú _____
(Ser-vosotros)
en holandesas.
sois / son
somos
eres
soy
sois / son
Slide 12 - Question de remorquage
uitgangen -ar
Slide 13 - Carte mentale
Sleep de -ER werkwoorden naar de juiste plek.
3. Yo................un libro en el salón.
1. Tú.............paella.
2. Pedro.............en la cocina.
5. Nosotros..................un café y un refresco.
4. Carlos y tú............holandés.
6. Juan y María .......................francés.
leo
comes
come
aprendéis
bebemos
aprenden
Slide 14 - Question de remorquage
Sleep de -IR werkwoorden naar de juiste plek.
3. Yo................un correo electrónico.
1. Tú.............la puerta.
2. Pedro.............en Barcelona.
5. Nosotros..................en Helmond.
4. Carlos y tú............en el salón.
6. Juan y María......un Whatsapp a sus amigos.
escribo
abres
vive
discutís
vivimos
escriben
Slide 15 - Question de remorquage
Oefenen met regelmatige werkwoorden op -IR
YO
TÚ
ÉL, ELLA, USTED
NOSOTROS, NOSOTRAS
VOSOTROS, VOSOTRAS
ELLOS, ELLAS, USTEDES
VIVÍS
VIVIMOS
ESCRIBE
VIVO
COMPARTO
ESCRIBIMOS
COMPARTEN
VIVES
ESCRIBEN
VIVE
Slide 16 - Question de remorquage
Weet je de betekenis van deze Spaanse regelmatige werkwoorden?
Zet de juiste bij elkaar.
timer
2:00
comer
bailar
hablar
vivir
cantar
ir
vender
escuchar
escribir
compartir
beber
tocar
schrijven
gaan
dansen
drinken
praten
leven, wonen
luisteren
eten
instrument bespelen, aanraken
delen
zingen
verkopen
Tekst
Slide 17 - Question de remorquage
Er zit één fout in deze afbeelding. Weet jij welke?
Slide 18 - Diapositive
verschil tussen SER en ESTAR
Slide 19 - Carte mentale
estar, él
Slide 20 - Question ouverte
Ser/Estar:
¿..............(vosotros) en casa de Miguel?
Slide 21 - Question ouverte
Slide 22 - Vidéo
Kies hay, ser of estar:
Mis padres __________ en Rotterdam.
Slide 23 - Question ouverte
Kies hay, ser of estar:
Brenda y yo ___________ amigas.
Slide 24 - Question ouverte
Match de bijvoeglijke naamwoorden met de juiste vertaling.
Tímido/a
gordo/a
Joven
pequeño/a
Rubio/a
Verlegen
Dik
Jong
Klein
blond
Slide 25 - Question de remorquage
Bijvoeglijke naamwoorden
alto/a
bajo/a
atractivo/a
jóven
mayor
feo/a
guapo/a
grande
pequeño/a
gordo/a
tímido/a
rubio/a
moreno/a
Slide 26 - Diapositive
Welke zin is juist?
A
Tengo los ojos azul
B
Tengo los ojos azules
C
Tengo azules ojos
D
Tengo los azules ojos
Slide 27 - Quiz
¿Cómo eres tú?
Slide 28 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
H3 3: Mi casa es tu casa
Novembre 2024
- Leçon avec
24 diapositives
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Herhaling nr. 1 PA1 capítulo 3: Mi casa es tu casa
Avril 2024
- Leçon avec
24 diapositives
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
up2-flexuur- los verbos-up2
Mai 2022
- Leçon avec
21 diapositives
Spaans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
C2 U1 Gramática. Presente (herhaling)
Novembre 2024
- Leçon avec
33 diapositives
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
HRC - V2 - grammatica
Juin 2022
- Leçon avec
38 diapositives
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Clase 15 Punto de recarga U1C2 Gramática
Décembre 2024
- Leçon avec
43 diapositives
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
P4 les 1 leesvaardigheid y verbos regulares
Avril 2023
- Leçon avec
28 diapositives
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Clase 12 Punto de recarga U1C2 Gramática
Novembre 2023
- Leçon avec
39 diapositives
Spaans
Middelbare school