Arbeidsmarkt - Deeltijdwerk & Participatiegraad

Deeltijdwerk & Participatiegraad
  • Meer geld of meer vrije tijd?
  • Deeltijdwerk & de p/a-ratio
  • Opbouw (beroeps)bevolking en participatiegraad
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Deeltijdwerk & Participatiegraad
  • Meer geld of meer vrije tijd?
  • Deeltijdwerk & de p/a-ratio
  • Opbouw (beroeps)bevolking en participatiegraad

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
  • Je kunt  uitleggen dat tijd een schaars goed is, en dat dit een afweging tussen inkomen & vrije tijd met zich meebrengt
  • Je kunt de formule voor de p/a-ratio gebruiken om te berekenen hoeveel werkende personen er in een land nodig zijn om 1 arbeidsjaar aan arbeidsvolume te leveren
  • Je kunt uitleggen hoe de totale bevolking opgedeeld kan worden in potentiele beroepsbevolking, beroepsbevolking, en werkzame bevolking met daarbij ook kinderen & ouderen, niet-beroepsbevolking, en werklozen
  • Je kunt de participatiegraad berekenen

Slide 2 - Diapositive

16

Slide 3 - Vidéo

02:27
Een budgetlijn geeft de grens aan van wat je van 2 dingen kunt consumeren als je al je geld (of tijd) uitgeeft. Waar staan de combinaties van hoeveelheden van de 2 dingen die je niet kunt consumeren omdat je er te weinig geld/tijd voor hebt?
A
Links/Onder de Budgetlijn
B
Rechts/Boven de Budgetlijn

Slide 4 - Quiz

04:00
Wat wil jij later als je klaar bent met je studie het liefst?
A
Niet of bijna niet werken (leven van bijv. bijstand)
B
Tussen 12 en 32 uur werken per week (deeltijd)
C
Rond de 36-44 uur werken per week (voltijd)
D
Meer dan 70 uur/week werken (ondernemer/workaholic)

Slide 5 - Quiz

05:50
Is een aanbodslijn normaliter stijgend of dalend?
A
Stijgend
B
Dalend

Slide 6 - Quiz

08:18
Land A: 50% van de mensen werkt 40 uur per week, en 50% werkt 20 uur per week
Land B: 100% van de mensen werkt 32 uur per week

In welk land werken relatief meer mensen parttime?
A
Land A
B
Land B

Slide 7 - Quiz

08:18
Land A: 50% van de mensen werkt 40 uur per week, en 50% werkt 20 uur per week
Land B: 100% van de mensen werkt 32 uur per week

In welk land werkt men gemiddeld minder uur per week?
A
Land A
B
Land B

Slide 8 - Quiz

09:49
p/a-ratio = werkzame personen / aantal voltijds arbeidsjaren dat wordt vervuld

Als meer mensen parttime ipv fulltime gaan werken, dan gaat de p/a-ratio
A
Omhoog
B
Omlaag

Slide 9 - Quiz

10:31
In een dorp hebben 100 mensen een baan, ze werken allemaal halftijd (de helft van een volledige baan, ongeveer 20 uur per week).

Wat is de p/a-ratio in dit dorp?

Slide 10 - Question ouverte

10:55
Leg in je eigen woorden uit wat het getal van de p/a-ratio voorstelt.

Slide 11 - Question ouverte

11:07
Op het Naftirloke college werken veel docenten in deeltijd (parttime).
Gemiddeld werken ze 80% van de uren die een fulltime docent les zou geven.

Wat is de p/a-ratio op deze school?

Slide 12 - Question ouverte

11:07
Het Naftirloke college heeft om al haar leerlingen een jaar les te kunnen geven de arbeid en inzet van 40 fulltime docenten (40 arbeidsjaren) nodig. Gemiddeld werken docenten op deze school 0,8 fte (fte = full-time equivalent, dus 0,8 fte is 80% van een voltijdsbaan).
Zoals net berekend geeft dat een p/a-ratio van 1,25.

Hoeveel docenten zal deze school nodig hebben?

Slide 13 - Question ouverte

13:40
Mensen die bij de 'potentiele beroepsbevolking' maar niet
bij de 'beroepsbevolking' horen noemen we de
'niet-beroepsbevolking'

Welk van deze groepen is hier GEEN voorbeeld van?
A
Studenten
B
Huisvaders
C
Werklozen
D
Arbeidsongeschikten

Slide 14 - Quiz

17:21
Kijkend naar de balkjes, zou de participatiegraad normaalgesproken groter of kleiner dan 100% zijn?
A
Groter
B
Kleiner

Slide 15 - Quiz

17:58
In een land zijn er 8 miljoen mensen tussen de 15 en 67 jaar oud. Hebben 5,4 miljoen mensen een baan, en zijn er 600 duizend werklozen.

Wat is de participatiegraad in dit land?
(Vergeet het procentteken niet)

Slide 16 - Question ouverte

19:01
Wat is de
participatie-
graad?

Slide 17 - Question ouverte

19:01
Wat is de
p/a-ratio?
(2 decimalen)

Slide 18 - Question ouverte

20:57
Wat is hier het
werkloosheids-
percentage?
(1 decimaal)

Slide 19 - Question ouverte

Lesdoelen
  • Je kunt  uitleggen dat tijd een schaars goed is, en dat dit een afweging tussen inkomen & vrije tijd met zich meebrengt
  • Je kunt de formule voor de p/a-ratio gebruiken om te berekenen hoeveel werkende personen er in een land nodig zijn om 1 arbeidsjaar aan arbeidsvolume te leveren
  • Je kunt uitleggen hoe de totale bevolking opgedeeld kan worden in potentiele beroepsbevolking, beroepsbevolking, en werkzame bevolking met daarbij ook kinderen & ouderen, niet-beroepsbevolking, en werklozen
  • Je kunt de participatiegraad berekenen

Slide 20 - Diapositive