2e klas Hoofdstuk 4 les 1

Hoofdstuk 4 Goed gemaakt?
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, g, mavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 4 Goed gemaakt?

Slide 1 - Diapositive

Inhoud van de les
  • Doelen van de les bespreken
  • Starten met de lesstof
  • Oefenen van de lesstof
  • Huiswerk opgeven 

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen

Aan het einde van  de les:
  1. Weet je wat produceren is
  2. Weet je wat een bedrijfskolom is
  3. Weet je wat toegevoegde waarde is
  4. Weet je wat productiekosten zijn en kun je ze berekenen
  5. Weet je wat een kostprijs per product is en kun je die berekenen
  6. Weet je welke productiesectoren er zijn

Slide 3 - Diapositive

Produceren is... het maken van goederen of het leveren van diensten. Wat waren ook al weer goederen en diensten?

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Bedrijfskolom
Bedrijfskolom
  • Productiefasen

Slide 6 - Diapositive

Productiekosten
  • = alle kosten die je maakt bij het produceren.

Slide 7 - Diapositive

Productiekosten

Slide 8 - Diapositive

Kostprijs per product

Slide 9 - Diapositive

Productiesectoren
Agrarische bedrijven
Industriële bedrijven
Dienstverlenende bedrijven

Slide 10 - Diapositive

Afsluiting
Maak opdracht 1 t/m 18. blz. 98 t/m 101

Slide 11 - Diapositive

Produceren is.....
A
Het maken van goederen
B
Het leveren van diensten
C
Het leveren van goederen en diensten
D
Het maken van goederen en het leveren van diensten.

Slide 12 - Quiz

Bedrijfskolom is....
A
Geen bedrijven die meewerken aan een product
B
Alle bedrijven die meewerken aan een product

Slide 13 - Quiz

Toegevoegde waarde
A
Hoeveel een product telkens meer waard wordt
B
Doordat een product wordt bewerkt wordt het meer waard
C
Hoeveel een product telkens meer waard wordt doordat een bedrijf het product bewerkt.

Slide 14 - Quiz

De kostprijs per product
A
De kosten die je gemiddeld hebt voor het maken van één product
B
De kosten die je maakt voor het maken van producten
C
De kosten die je maakt voor één product
D
De kosten die je maakt voor alle producten samen.

Slide 15 - Quiz

Welke productiesectoren kennen we?
A
Agrarische sector Industriële sector Dienstverlenende sector
B
Agrarische bedrijven Industriële bedrijven Dienstverlenende bedrijven
C
Primaire sector Secundaire sector Tertiaire sector

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Vidéo