Cliënt en schoonmaak

Welkom klas 4 
Verstandelijk gehandicapten zorg 


1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Welkom klas 4 
Verstandelijk gehandicapten zorg 


Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we vandaag doen?
- Opdracht cliënten en schoonmaak 

Start lesson up op 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Criteria 
Inhoudsopgave met pagina nummers 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk van de onderstaande schoonmaakmiddelen is een zuur schoonmaakmiddel?
A
Groene zeep
B
Ammonia
C
Gootsteenontstopper
D
wc ontkalker

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen type schoonmaakmiddel?

A
Reinigingsmiddelen
B
Onderhoudsmiddelen
C
Desinfectiemiddelen
D
Detectiemiddelen

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet dit schoonmaakmiddel?
A
Allesreiniger
B
Afwasmiddel
C
Schoonmaakazijn
D
Schuurmiddel

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet dit schoonmaakmiddel?
A
Afwasmiddel
B
Schuurmiddel
C
Schoonmaakazijn
D
Allesreiniger

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar gebruik je afwasmiddel voor?
Er zijn meerdere antwoorden mogelijk
A
De afwas en als vloerreiniger
B
de afwas en als allesreiniger
C
De afwas en voor het ramen zemen
D
Afwasmiddel en houten vloeren

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Materialen in de schoonmaak 
Lui wagen(schrobber) 
Stofzuiger 
Schuurspons 
Stofdoek 
dweil 
Microvezeldoek 


Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een luiwagen?
A
Een kar waarmee de schoonmaak middelen worden vervoerd
B
Een schrobber
C
Een schoonmaakdoek
D
Een dweilmachine

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is microvezel schoonmaken?
A
Een sopje met veel schoonmaakmiddel
B
Klamvochtige doek die je uitspoelt in een emmer met sop
C
Klamvochtige doeken, zonder schoonmaak middel
D
De toiletten schoonmaken

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De werkvolgorde bij het schoonmaken is?
A
Van schoon naar vuil
B
Van vuil naar schoon

Slide 12 - Quiz

Docent: 
Jullie mogen de vraag beantwoorden
Opdracht cliënten en schoonmaak 
Je gaat een werkboekje maken voor een cliënt en begeleider die hun kamer op schoon moeten houden 
Je leest de opdracht en de theorie goed door
Je volgt de criteria in de opdracht 
Minsten 5- a4tjes en zonder spelling en taal fouten 
Je werkt in 2 of 3 tallen 
Logboekje moet worden ingevuld en toegevoegd 


Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgende week
ingeleverd  cliënten en schoonmaak 
bezig met creatieve activiteiten 

Toets 
13 dec praktijktoets 
19 dec theorietoets 


Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions