Betalen

• Burgerschapsonderwijs
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 2

Les – betalen

Aan het einde van de les:

* Weet ik waarom we geld gebruiken.

     *Weet ik op welke manier ik kan betalen.

        *Ken ik de verschillende betaalmiddelen

Wat gaan we doen

Werkblad

Poll vragen 

Quizvragen

filmpjes Kijken

Betaal jij voor dingen?

Ja soms

Ja, altijd

Nee, nooit

Soorten geld

Geld op de bank waar je via je pinpas mee kunt betalen.

Munten & bankbiljetten

Betaalmethoden

Betaalmethoden

1. Contant

2. Pinpas/pincode (contactloos/mobiel)

3. Internetbankieren

4. Automatisch incasso

Contant betalen betekent betalen met je pinpas

1. Waar
2. Niet waar

Opdracht 1

Op je werkblad (eurowijs, betalen) zie je 6 afbeeldingen staan en 6 woorden, trek een goede lijn naar de juiste afbeelding.

Heb je een pinpas?

JA

NEE

PAS OP 

Ga veilig om met je pinpas. 

Bewaar je pinpas goed.

Leen je pinpas nooit uit!

Geef je pincode nooit aan anderen.

Scherm het intoetsen van je pincode af met je hand!

Opdracht 2 + 3

2. Op je werkblad (eurowijs, betalen) staat opdracht 2. Je maakt het bedrag met zo min mogelijk munten en biljetten.

3. Je pint maar je komt tekort. Hoeveel moet je contant bijbetalen?

Met welke munt betalen we in Nederland?

Met ..... boek je geld over naar de rekening van iemand anders.

1. Contant geld
2. Automatische incasso
3. Internetbankieren
4. Pinpas

Contant betalen betekent betalen met je pinpas

1. Waar
2. Niet waar

Welke manieren om te betalen ken jij nog?

Betaalmethoden

1. Contant

2. Pinpas/pincode (contactloos/mobiel)

3. Internetbankieren

4. Automatisch incasso

0

Wat is het voordeel van contactloos betalen?

Wat is het nadeel van contactloos betalen?

Opdracht 4

Pak de opdracht erbij en schrijf mee

PIN

Persoonlijk

Identificatie

Nummer  

IBAN

International

Banking 

Account

Number

Wat is de afkorting  IBAN?

International Banking Account Number

Dit is je rekeningnummer waar een landcode, bankcode en controle getal wordt toegevoegd.

Voorbeeld: NL98RABO035773429

Opdracht 4 nabespreken