Can/can't and telling the time
1 / 20
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Hoe zeg je: "Ik kan niet zingen"?
Slide 3 - Question ouverte
Hoe zeg je: "zij kan koken"?
Slide 4 - Question ouverte
Hoe zeg je: "Wij kunnen niet autorijden"?
Slide 5 - Question ouverte
Wat is het verschil tussen can't en cannot?
Slide 6 - Question ouverte
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Is it ten past ten?
A
Yes
B
NO
Slide 11 - Quiz
Is it half past 4?
A
Yes
B
No
Slide 12 - Quiz
7. Telling time
timer
1:30
Slide 13 - Question ouverte
8. Telling time
timer
1:30
Slide 14 - Question ouverte
9. Telling time
Het is vijf voor half twee.
Het is vijf voor half twee.
timer
1:30
Slide 15 - Question ouverte
11. Telling time:
9:45
9:45
timer
1:30
Slide 16 - Question ouverte
Telling the time
Het is kwart voor negen.
Het is kwart voor negen.
Slide 17 - Question ouverte
Telling the time
Het is kwart voor drie.
Het is kwart voor drie.
