Les 1: Introductie: Migratie van en naar de EU

Planning 
  • Praktische zaken : de repetitie
  • Hoofddoel en leerdoelen van hf. 4 
  • Introductie H4  Migratie van en naar de EU
  • Aan de slag
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Planning 
  • Praktische zaken : de repetitie
  • Hoofddoel en leerdoelen van hf. 4 
  • Introductie H4  Migratie van en naar de EU
  • Aan de slag

Slide 1 - Diapositive

Introductie: Migratie van en naar de EU

Slide 2 - Diapositive

Hoofddoel van hoofdstuk 4 :
Je weet wat de oorzaken en gevolgen zijn van migratie van en naar de EU.

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen:
  1. Je weet waarom mensen migreren van en naar de EU. 
  2. Je weet wat de gevolgen zijn van migratie naar de EU
  3. Je weet hoe de EU omgaat met migratie.

Slide 4 - Diapositive

Migratie

Slide 5 - Carte mentale

Migratie

Slide 6 - Diapositive

Migratie

Slide 7 - Diapositive

Migratie
Verhuizen naar een andere woonplaats

Slide 8 - Diapositive

Benoem een reden waarom je zou verhuizen?

Slide 9 - Question ouverte

Migratie is van alle tijden

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Migratie is van alle tijden

Slide 12 - Diapositive

Start hoofdstuk 4 
1. Waar is deze foto
genomen?
2. Wat zou je kunnen
vertellen over de 
mensen op deze
foto? 


Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Wat betekent het begrip arbeidsmigrant?
A
Als je zonder geldige papieren in een land verblijft.
B
Iemand die (tijdelijk) in een ander land gaat wonen om er te werken.
C
Verhuizen naar ander land/woonplaats voor werk.
D
Hoogopgeleide migrant die verhuist voor werk.

Slide 15 - Quiz

Welke bevolkingsgroep kwam na het afschaffen van de koloniën veel naar Nederland?
A
Indiërs
B
Afrikanen
C
Chinezen
D
Surinamers

Slide 16 - Quiz

Waarom emigreerden veel mensen na de Tweede Wereldoorlog naar Canada?
A
Ze hoopten op een beter leven in het nieuwe land.
B
Ze wilden graag goed Engels leren spreken
C
Ze waren het Nederlandse weer zat.
D
Ze konden daar stukken land kopen.

Slide 17 - Quiz

Vertrekredenen
Reden om ergens weg te gaan. 

Slide 18 - Diapositive

Vertrekredenen

Slide 19 - Carte mentale

Vestigingsredenen
Reden om ergens naar toe te gaan. 

Slide 20 - Diapositive

Vestigingsredenen

Slide 21 - Carte mentale

Aan de slag
Aan de slag met de weektaak:
- lezen  §1
- Maken: de opdrachten van §1  opdracht t/m 4

Slide 22 - Diapositive