Les Ilse

• Taal
• Basisschool
• Groep 7

Wij generen ons vaak voor....vader.

Bezittelijk voornaamwoord

Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets of iemand is.

welke bezittelijke voornaamwoorden
ken je al?

Hoofd- en bijzinnen

Weten jullie het nog? 

- Bijzin zegt iets over de hoofdzin

- Persoonsvorm bijzin staat bijna achteraan in de zin

- Persoonsvorm hoofdzin staat vooraan in de zin

In de hoofdzin is de persoonsvorm het eerste of tweede woord.

waar

niet waar

De hoofdzin zegt iets over de bijzin.

waar

niet waar

Eerst oefenen met de bezittelijke voornaamwoorden

Hedrika hoorde bij mij. Ze was......vriendin.

1. je/jouw
2. hun
3. onze
4. mijn

Wat is hier het bez. vnm.?
Onze familie heeft vreemde gewoontes.

Wat is het bez. vnm.?
Hij vindt zijn hobby juist erg leuk.

welk voornaamwoord is in de 1e persoon?

1. ons
2. zijn
3. je
4. jullie

welk voornaamwoord is niet de derde persoon?

1. zijn
2. haar
3. jullie
4. hun

De hoofdzin en bijzin

wat is de persoonsvorm?
We gaan naar de schooltuin waarin jullie groentes verbouwen.

Wat is de hoofdzin?
Omdat ik de krant lees, weet ik veel.

1. Omdat ik de krant lees
2. omdat ik de krant lees EN weet ik veel
3. weet ik veel
4. er zijn 2 bijzinnen

Wat is de hoofdzin?
Als het niet zo zielig was, zou je er hard om kunnen lachen.

1. Als het niet zo zielig was,
2. zou je er hard om kunnen lachen.
3. Die is er niet

Wat is de bijzin?
Omdat ik zeurde moet ik maar bed.

1. Omdat ik zeurde
2. moet ik naar bed.

Wat is de hoofdzin?
Merel schoffelt haar perk, zodat de grond los wordt.

1. zodat de grond los wordt
2. Merel schoffelt haar perk

Bezittelijk voornaamwoord

Hoofdzin en bijzin

Zoek altijd eerst de persoonsvormen en onderwerpen in de zin

*Staan het onderwerp en persoonsvorm direct naast elkaar? 

->Dan is het een hoofdzin

*Staat er iets tussen het onderwerp en de persoonsvorm?

-> Dan is het een bijzin

Wat gaan we nu doen?

Uitdelers delen de werkbladen uit. 

We gaan verder oefenen met bez. vnm, de hoofdzinnen en bijzinnen.