Les 1

Examentraining Cel, Weefsel & Huid
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

Éléments de cette leçon

Examentraining Cel, Weefsel & Huid

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag
Nieuwe lesstof:
  • Bouw hand
  • Bouw voet
  • Bouw en functie nagels
  • Lichaamsverzorging
  • Nagelverzorging

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • De student kent de beenderen van de voet en hand.
  • De student kent de bouw en functie van de nagels.
  • De student kent de producten van de hand-, voet- en nagelverzorging.



Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar denk je allemaal aan
bij een CHNV behandeling?

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Bouw hand 

Slide 7 - Diapositive

Met je vingers iets oppakken, een vuist maken, je duim opsteken of je vingers spreiden. Op één dag maken je handen ontelbaar veel bewegingen. Dit is mogelijk doordat de hand uit allerlei beenderen en gewrichten bestaat.

Slide 8 - Vidéo

Opperarmbeen
Ellepijp
Spaakbeen
Handwortelbeentjes
Middenhandsbeentjes
Vingerkootjes 
Bouw hand
8 handwortelbeentjes
5 middenhandsbeentjes 
14 vingerkootjes

Slide 9 - Diapositive

De hand (manus) bestaat uit de volgende onderdelen:
  • handwortelbeentjes (ossa carpi)
  • middenhandsbeentjes (ossa metacarpalia)
  • vingerkoortjes (phalanges)

De hand is via de pols verbonden met de ellepijp en het spaakbeen.
De handwortel wordt gevormd door de handwortelbeentjes (ossa carpi). Dit zijn onregelmatige beenderen. Het grootste deel van de handpalm wordt gevormd door de middenhandsbeentjes (ossa metacarpalia).
Handwortelbeentjes
Onregelmatige beenderen

Vormen samen de handwortel (straf gewricht)

Vormen met de ellepijp en het spaakbeen het polsgewricht 

Slide 10 - Diapositive

Handwortelbeentjes (Ossa carpi)
Dit zijn onregelmatige beenderen. Onderling vormen ze een straf gewricht: de handwortel. De handwortel is niet zo beweeglijk. Samen vormen de handwortelbeentjes met de ellepijp en het spaakgewricht het polsgewricht.
Middenhandsbeentjes
5 stuks per hand. Grootste deel van de hand

Schaniergewricht verbonden met de vingers.

Knokkels uiteinde middenhandsbeentjes. 

Duim meest bewegelijk -> zadelgewricht



Slide 11 - Diapositive

Middenhandsbeentjes (Ossa metacarpalia)
Dit is het grootste deel van hand. Ze vormen met de vingerkootjes scharniergewrichten. De uiteinden van de middenhandsbeentjes in de scharniergewrichten zie je in je knokkels. De duim heeft de meest bewegelijke middenhandsbeentje.

De uiteinden van de middenhandsbeentjes in de scharniergewrichten zie je in je knokkels. 

Duim is zadelgewricht met handwortel

De knokkels die je ziet als je een vuist maakt, zijn de uiteinden van de middenhandsbeentjes in dit scharniergewricht. De vingerkootjes onderling vormen ook een scharniergewricht.
Vingerkootjes
Drie vingerkootjes per vinger

Duim twee vingerkootjes

Met elkaar verbonden door scharniergewrichten

Slide 12 - Diapositive

Vingerkootjes (Phalanges)
De vingerkootjes zijn met elkaar verbonden door scharniergewrichten. De duim heeft twee vingerkootjes, terwijl de overige vingers er drie hebben.

De mens kan als enige mensachtige de duim opponeren. Dit betekent dat je de duim tegenover de andere vingers kunt plaatsen. Bovendien kan de mens de duim en de vingers hard tegen elkaar aan knijpen. Zo kun je een voorwerp tussen je vingers vasthouden. Bij kleine voorwerpen gebruik je alleen de duim, wijs- en middelvinger. Bij grotere voorwerpen heb je ook je ringvinger en pink nodig. 
De duim is door een zadelgewricht verbonden met de handwortel. Het middenhandsbeen van de duim is veel beweeglijker dan die van de overige vingers. Dit zorgt ervoor dat de duim kan opponeren.
Sleep naar de botten die je 
ziet op de röntgenfoto:
Spaakbeen
Opperarmbeen
Ellepijp



middenhands
beentjes



handwortel
beentjes
vingerkootjes

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de nummers naar de juiste naam
Beenderen van de hand
Vingerkootjes
Ellepijp
Handwortel-
beentje
Spaakbeen
Middenhands-
beentje
1
2
3
4
5

Slide 14 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Bouw voet

Slide 15 - Diapositive

Voeten moeten je lichaam kunnen dragen. Daarom moeten ze een stevige structuur hebben.
Bouw voet
7 voetwortelbeentjes 
5 middenvoetsbeentjes
14 teenkootjes

Slide 16 - Diapositive

Een voet heeft 26 beenderen. Dit zijn voetwortelbeentjes, middenvoetsbeentjes en teenkootjes. Het grootste voetwortelbeen noem je het hielbeen. Dit been steekt met een knobbel naar achteren. Aan het hielbeen zit de achillespees vastgehecht.
Voetwortelbeentjes
Onregelmatige beenderen. 

Zijn massief (niet hol) en dus heel stevig

Onderling verbonden door strafgewricht

Hielbeen is de grootste voetwortelbeentje -> aanhechting achillespees. 

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Middenvoetsbeentjes
Pijpbeenderen 

De middenvoetsbeentjes vormen samen met de teenkootjes een scharniergewricht.


Slide 18 - Diapositive

De middenvoetsbeentjes vormen samen met de teenkootjes een scharniergewricht. De teenkootjes onderling vormen ook scharniergewrichten. De meeste voetwortelbeentjes zijn onderling verbonden door een straf gewricht.

De beenderen in je voet zorgen niet als enige voor kracht en stevigheid. Ook de bindweefselbanden (ligamenten) zorgen hiervoor.
Deze verbinden:
  • de voetwortel met het onderbeen
  • de voetwortelbeenderen onderling
  • de middenvoet met de voetwortel
  • de middenvoetsbeenderen onderling
Teenkootjes
14 teenkootjes, 
  • grote teen zitten er twee 
  • overige tenen drie.  

De teenkootjes  vormen onderling scharniergewrichten.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 
Ga naar opdrachten in Teams
Maak opdracht 1
Forms 
Botten hand en voet

Slide 20 - Diapositive

https://forms.office.com/Pages/DesignPage.aspx#FormId=LGjOClFYn02GOiwqM0AhLYCfWtwpbjRJjnKyM3n9mApUOUw3U0g0OE4zOUVHU05GMkVSNjVYOVg3OS4u
Botten & spieren in je arm

Slide 21 - Diapositive

De spieren in de schouder en arm worden samen de spieren van de bovenste extremiteit genoemd. De spieren in de schouder kun je onderverdelen in twee groepen. In je arm bevinden zich drie verschillende spiergroepen
Botten & Spieren
in je arm?

Slide 22 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Armen

Slide 24 - Diapositive

De spieren in de schouder en arm worden samen de spieren van de bovenste extremiteit genoemd. De spieren in de schouder kun je onderverdelen in twee groepen. In je arm bevinden zich drie verschillende spiergroepen
Opperarmbeen
Pijnbeen 

Aan de kop twee knobbels

Vormt samen met schouderblad het schoudergewricht.

Slide 25 - Diapositive

Opperarmbeen (Humerus)
Het opperarmbeen is een lang pijpbeen in de bovenarm. Samen met het schouderblad vormt het opperarmbeen het schoudergewricht. Aan de kop van het opperarmbeen zitten twee knobbels: de grote opperarmbeenknobbel en de kleine opperarmbeenknobbel.
Spaakbeen
Aan duimzuide onderarm

Zit aan onder- en bovenkant vast aan de ellepijp met een gewricht.

Spaakbeenknobbel aanhechtingsplaats tweehoofdige armspier (biceps)

Slide 26 - Diapositive

Spaakbeen (Radius)
Ligt aan de duimzijde van de onderarm. Vormt met de ellepijp een eivormige kom in de pols, waar de handwortel in beweegt. Is aan onder- en bovenzijde verbonden aan de ellepijp met een gewricht. Gekromde botten zorgen ervoor dat het spaakbeen om de ellepijp draait.

Aan de voorzijde van het spaakbeen, ongeveer twee centimeter onder de kop, zit een ruwe knobbel. Deze knobbel noem je de spaakbeenknobbel.
Ellepijp
Aan pinkzijde onderarm.

De punt vormt de elleboog -> elleboogpunt 
  • Aanhechting driehoofdige armspier.

Zit aan onder- en bovenkant vast aan het spaakbeen met een gewricht.

Slide 27 - Diapositive

Ellepijp (Ulna)
Ligt aan de pinkzijde van de onderarm. Vormt met het spaakbeen een eivormige kom in de pols, waar de handwortel in beweegt. Is aan onder- en bovenzijde met een gewricht aan het spaakbeen verbonden Gekromde botten zorgen ervoor dat het spaakbeen om de ellepijp draait.

Dit been heeft bij het ellebooggewricht een breed, plat, haakvormig uitsteeksel. Dit noem je de elleboogpunt.
Elleboog
Bestaat uit drie gewrichten:
1. scharniergewricht: tussen ellepijp en opperarmbeen
2. kogelgewricht: tussen spaakbeen en opperarmbeen
3. rol-draaigewricht : tussen spaakbeen en ellepijp

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet het blauwe bot?
A
Spaakbeen
B
Ellepijp
C
Opperarmbeen
D
Ellebooggewricht

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet het oranje bot?
A
Spaakbeen
B
Ellepijp
C
Opperarmbeen
D
Ellebooggewricht

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet het groene bot?
A
Spaakbeen
B
Ellepijp
C
Opperarmbeen
D
Ellebooggewricht

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Beenderen onderbeen

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Knieschijf
Beschermt kniegewricht.

Grootste sesambeen.

Ligt los van andere botten, in pees van vierhoofdige dijbeenspier.

Slide 35 - Diapositive

De knieschijf is een schijfvormig beenstuk dat voor het kniegewricht ligt. 
Wat voor gewricht is het kniegewricht?
A
Kogelgewricht
B
Eigewricht
C
Scharniergewricht
D
Draaigewricht

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Kniegewricht
Gevormd door scheenbeen en dijbeenknobbels 
= scharniergewricht

Kraakbeen (meniscus) zorgt dat de botten goed op elkaar aansluiten.

Slide 37 - Diapositive

Het kniegewricht wordt gevormd door het scheenbeen en de dijbeenknobbels. De knieschijf ligt vóór het kniegewricht. Hiertussen liggen de menisci. Die zorgen voor een goede aansluiting tussen de gewrichtsuiteinden.
Scheenbeen
  • Voorzijde van het onderbeen
  • Kniegewricht naar enkelgewricht.
  • Scheenbeenknobbels boovenzijde
  • Voorste scheenbeenknobbel -> aanhechtingsplaats vierhoofdige dijbeenspier.


Slide 38 - Diapositive

Het scheenbeen (tibia) ligt aan de voorzijde van het been en loopt vanaf het kniegewricht tot aan het enkelgewricht.
Van de beenderen in het onderbeen is het scheenbeen het sterkst ontwikkeld

Onderdelen van de scheenbeen zijn de scheenbeenknobbels en de binnenenkel.
De scheenbeenknobbels: condyles medialis tibiae en condyles lateralis tibiae. Dit is een dubbele verdikking aan de bovenzijde van het scheenbeen.
De voorste scheenbeenknobbel (tuberositas tibiae). Dit is een verdikking aan de voorzijde van het scheenbeen. Deze knobbel de aanhechtingsplaats van de vierhoofdige dijbeenspier.
De binnenenkel (malleolus medialis). Dit is een verdikking van het scheenbeen ter hoogte van de enkel. Deze knobbel kun je goed zien aan de binnenkant van je enkel.

Het scheenbeen vormt samen met het kuitbeen en een deel van de voetwortelbeentjes het enkelgewricht.
Scheenbeen
Ter hoogte van de enkel scheenbeen verdikt -> dit wordt de binnenenkel genoemd.

Te zien aan binnenzijde van je enkel




Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kuitbeen
Achterzijde onderbeen.

Kniegewricht tot enkelgewricht. 

Kuitbeen en scheenbeen verbonden met bindweefsel vlies -> strafgewricht

Slide 40 - Diapositive

Het kuitbeen ligt naast het scheenbeen aan de buitenzijde van het onderbeen.
Het kuitbeen (fibula) loopt vanaf het kniegewricht tot aan het enkelgewricht.

Onderdelen van het kuitbeen zijn het kuitbeenhoofd en de buitenenkel.

Het kuitbeen is dunner dan het scheenbeen. Het scheenbeen en het kuitbeen zijn met elkaar verbonden door bindweefselvlies en een straf gewricht. De beenderen zijn niet beweeglijk ten opzichte van elkaar.

Het kuitbeen bevat:
Het kuitbeenhoofd (caput fibulae). Dit is een verdikking ter hoogte van het kniegewricht.
De buitenenkel (malleolus lateralis). Dit is een verdikking aan de buitenzijde van het kuitbeen. Deze knobbel kun je goed zien aan de buitenkant van je enkel.
Kuitbeen
Aan onderkant buitenzijde heeft de kuitbeen een verdikking -> buitenenkel. 

Te zien aan de buitenkant van je enkel. 

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Enkelgewricht
Kuitbeen samen met scheenbeen en deel van voetwortelbeentjes.

Bovenste spronggewricht zorgt dat voet op en neer kan -> scharniergewricht.

Onderste spronggewricht zorgt dat de voet kan kantelen.

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we het bot dat rood gekleurd is?
A
Dijbeen
B
Scheenbeen
C
Kuitbeen
D
Spaakbeen

Slide 43 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een voorbeeld van een straf gewricht?
A
elleboog
B
knie
C
verbinding spaakbeen en ellepijp
D
verbinding kuitbeen en scheenbeen

Slide 44 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dijbeen
Grootste pijpbeen 

Dijbeenhals 
Dijbeenkop 
  • De kop vormt samen met het heupbeen -> heupgewricht (Kogelgewricht)
 

Slide 45 - Diapositive

Op de plek waar het darmbeen, het zitbeen en het schaambeen samenkomen, ligt de gewrichtskom voor het dijbeen. Het dijbeen en het heupbeen vormen samen het heupgewricht.


De kop van het dijbeen (femur) vormt samen met het heupbeen het heupgewricht.
Het dijbeen bevat:
De dijbeenkop (caput femoris) vormt samen met het heupbeen het heupgewricht.
De dijbeenhals (collum femoris) is een versmalling onder de dijbeenkop.
De grote draaier (trochanter major) is een uitsteeksel onder de dijbeenhals, aan de buitenkant van het dijbeen. Het uitsteeksel vormt een aanhechtingsplaats voor spieren.
De kleine draaier (trochanter minor) is een uitsteeksel onder de dijbeenhals, aan de binnenkant van het dijbeen. Het uitsteeksel vormt een aanhechtingsplaats voor spieren.

Aan de achterkant van het dijbeen loopt over de gehele lengte een X-vormige ruwe lijn (linea aspera). Dit is een aanhechtingsplaats voor verschillende bovenbeenspieren.
Aan de onderzijde heeft het dijbeen een dubbele gewrichtsknobbel. Dit zijn de dijbeenknobbels: condylus medialis femoris en condylus lateralis femoris.

Samen met het scheenbeen vormen de dijbeenknobbels het kniegewricht. De knieschijf ligt voor dit gewricht.
Opdracht 
Ga naar opdracht in teams. 

MODTH M4 les 1 opdracht 1 woordzoeker

timer
15:00

Slide 46 - Diapositive

https://woordzoekerfabriek.nl/oplossen/rBALOicXhVBoeNYYNXQnOPldqVPr8efD.html

Vandaag
Herhalen 
De formatieve toets

Slide 47 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
De student maakt de formatieve toets over de gezichtsmassage

Slide 48 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions