Les 11, laatste les voor PW (15-04) 2hv

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1,2

Bonjour les élèves!

Pak je werkboek en etui.

Bestudeer het stencil serieus dat je ontvangt en maak de vragen. Gebruik dit stencil tijdens het leren!

Aujourd'hui c'est lundi!

vr. ev + klinker --> cette i.p.v. cet

Cette amie

Cette école

Le programme:

- Leerstof PW herhalen

- Oefentoets

- Zelfstandig werken

Les buts (leerdoelen):

- Aan het einde van de les heb je de leerstof voor het proefwerk herhaald

- Aan het einde van de les heb je de oefentoets gemaakt

- Aan het einde van de les weet je of je de leerstof voldoende beheerst

Est-ce que tout le monde est présent?

- Zijn we compleet? Wie missen we?

Rad van het aanwijzend voornaamwoord & werkwoorden pouvoir en vouloir

Wat? Het rad draait rond. Een willekeurige leerling krijgt de beurt en geeft antwoord op de vraag.

https://wheelofnames.com/nl/mkr-ydj

Oefentoets:

- Wat? Je maakt de online oefentoets van de methode

- Op welke manier? Je schuift de tafels uit elkaar en je maakt de oefentoets alleen in stilte. Gebruik je oortjes voor de luisteropdracht

Klaar? Ben je klaar, dan ga je stil voor jezelf leren (slim stampen, wrts, overschrijven van de phrases-clés....)

Hulp? Heb je een vraag, dan steek je je vinger op

Schuif de tafels uit elkaar!

Extra oefenen met phrases-clés?

Vertel het volgende en gebruik de zinnen van de phrases-clés om je verhaal te schrijven:

- Welke twee kledingstukken wil je kopen?

- Naar welke winkel wil je gaan?

- Welke kleuren hebben je kledingstukken?

- Welke maat heb je?

- Hoeveel kosten de twee kledingstukken? (bedrag uitschrijven)

Wil je dat jouw verhaal wordt gecontroleerd op spelling  / grammatica? Geef dit aan!

Aanwijzend voornaamwoord 

(gram. D)

Kies uit ce / cet / cette / ces:

1) ................ pull blanc

2) ................ histoire belle

3) ................. hiver 

3) ................ couleur blanche.

4) .................baskets noires

Pouvoir & vouloir (gram. H)

1) Je ............. (vouloir) une pizza.

2) Ils .............. (pouvoir) chanter?

3) Nous ............... (pouvoir) aller en vacances?

4) Thomas .............. (vouloir) un pull rouge

Extra oefenen met grammatica?

Aanwijzend voornaamwoord 

(gram. D)

Kies uit ce / cet / cette / ces:

1) ce pull  (mnl. ev. --> ce)

2) cette histoire (vrl. ev. + h --> cette)

3) cet hiver (mnl. ev. + h --> cet)

4) cette couleur (vrl. ev. --> cette)

5) ces baskets (vrl. mv. --> ces)

Pouvoir & vouloir (gram. H)

1) Je veux (vouloir) une pizza.

2) Ils peuvent (pouvoir) chanter?

3) Nous pouvons (pouvoir) aller en vacances?

4) Thomas veut (vouloir) un pull rouge

Extra oefenen met grammatica?

Extra uitleg:

- Wie heeft er nog vragen over het leerstof?

- Wie kan er wel extra uitleg gebruiken?