8.2 Vrijhandel of niet?

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

8.2: Wereldwijde handel

Herhaling leerdoelen 8.1

• Waarom is er handel met het buitenland?
• Wat staat er op de betalingsbalans van ons land?
• Hoe belangrijk is de buitenlandse handel voor Nederland (import en export quote)

Huiswerk 8.1

Gezamenlijk kijken naar 6 (R) en 9 (R)

Leerdoelen

- Hoe een land zijn internationale concurrentiepositie kan versterken.

-Welke handelsbelemmeringen er zijn.

- Wat de gevolgen van die handelsbelemmeringen zijn.

Internationale concurrentiepositie

Kunnen wij beter of goedkoper produceren dan een ander land?

Dus:

• goede producten 
• tegen een aantrekkelijke prijs

Het gaat hier dus om de concurrentie met andere landen

Wat als we het goed doen? 

Beschermen van eigen handel

Protectionisme

Invoer beperken of export bevorderen

Protectiemaatregelen

• contingentering (maximum aantal producten)
• invoerrechten (extra belasting)
• invoerverbod (er mag niks naar binnen)
• exportsubsidie (kan goedkoper naar het buitenland)

Vrijhandel

Protectionsime

Vrijhandelszones

Groepen landen die geen onderlinge protectiemaatregelen hebben (bijvoorbeeld de EU). 

WTO = World Trade Organization = Wereld Handels Organisatie)

Heeft de leiding over het afschaffen van protectiemaatregelen. 

Voorwaarde:  eerlijke concurrentie tussen die landen.  Dus denk aan fatsoenlijke arbeidsomstandigheden, geen kinderarbeid en dezelfde milieuregels.

Internationale arbeidsverdeling

Het land dat iets het goedkoopst of de beste kwaliteit kan leveren gaat dat product maken.

Huiswerk

maken opdrachten behorend bij 8.2 

Wat is vrijhandel?

1. Iedereen is vrij om te doen en laten wat hij/zij wil
2. Een land heeft hoge in- en uitvoercijfers
3. een land heeft dan geen in-/uitvoer beperkingen
4. een land mag dan niet meer dan 5.500 auto's uit Azië invoeren

Wat hoort bij vrijhandel?

1. Contingentering
2. Exportsubsidie
3. Importheffingen
4. Geen belemmeringen

Wat is geen protectiemaatregel?

1. accijns heffen
2. contingentering
3. invoerrechten heffen
4. exportsubsidies

Als de wisselkoers van de € stijgt,
dan ...

1. wordt de € duurder
2. dan wordt de € goedkoper

Als de wisselkoers van de euro stijgt:

1. verbetert onze concurrentiepositie
2. verslechtert onze concurrentiepositie
3. blijft onze concurrentiepositie gelijk

Internationale arbeidsverdeling is:

1. Elk land produceert waar hij goed en goedkoop in is.
2. Elk land produceert hetzelfde product
3. er komen steeds meer gastarbeiders
4. de werkeloosheid neemt toe