§ 4.4 Écouter.

• Frans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Doel: je kunt gesprekken over het reizen met openbaar vervoer, omroepberichten en chansons over het weer begrijpen.

Quel temps fait-il?

Wat betekent: partir?

1. Kiezen
2. uitgaan
3. vertrekken
4. aankomen

Aujourd'hui

Samen luisteren § 4.4: ex 9 & 11

Nakijken 8A t/m 8C, 8D of 8E

Overschrijven apprendre 4

Maken: ex 10, 12-15

16/17 februari: so apprendre 1-4.

edition.thiememeulenhoff.nl

Exercice 8A - Luisteren

1 a pars; Hoe laat vertrek je?

 b part; De trein vertrekt om tien over half 12 (11:40).

Exercice 8B - Herkennen

1 tu pars

2 nous partons

3 Je pars

4 Vous partez

5 Il est parti

6 partir

7 il part

8 elles partent

Exercice 8C - Oefenen

1 pars

2 part

3 partez

4 part

5 partons

6 part

7 partent

8 parti

Exercice 8D - Oefenen

1 Nous partons

2 Fabien part

3 Eva et Anne partent

4 Vous partez

5 Je pars

6 Tu pars

7 Tes copains partent / Tes amis partent

8 Jean est parti

Exercice 8F - Herhalen

1 a Il finit

 b Vous finissez

 c Nous finissons

2 a Tu choisis

 b Lara choisit

 c Anna et Lara choisissent

3 a Elles ont fini

 b Laure a choisi

Zelfstandig werken:

- Noteer je huiswerk in je agenda:

Overschrijven apprendre 4

Maken: ex 10, 12-15

16/17 februari: so apprendre 1-4.

elle part

nous partons

je pars

ils partent

vous partez

tu pars

ik vertrek

jij vertrekt

zij vertrekt

wij vertrekken

jullie vertrekken

ze vertrekken

Tekst

Musée du Louvre

l'Arc de Triomphe

Basilique du Sacré Coeur

Le Notre Dame

les Champs-Élysées

La tour Eiffel