Talent 2.3 les 2 2TL

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Welkom

We beginnen met 10 minuten lezen.

Herhaling vorige les

Welke tekstdoelen zijn er?

Wat is de opbouw van een tekst?

Wat is een voorbeeld van een tekst met het doel om te informeren?

1. Een grappige strip in de krant.
2. Een reclamefolder voor een nieuw product.
3. Een nieuwsartikel over de recente ontwikkelingen in de economie.
4. Een speech om mensen te overtuigen om te stemmen.

Wat is een voorbeeld van een tekst met het doel om te amuseren?

1. Een handleiding voor het bouwen van een vogelhuisje.
2. Een betoog over de gevaren van roken.
3. Een humoristische roman
4. Een nieuwsbericht over een politieke bijeenkomst.

Welk doel heeft een tekst met als titel 'Waarom je nu moet investeren'?

1. Amuseren
2. Overtuigen
3. Activeren
4. Informeren

Opbouw tekst

Welke onderdelen heeft een tekst in ieder geval?

Doel vandaag:

Wat zijn verwijswoorden

Signaalwoorden herkennen

Welk woord is een verwijswoord in de volgende zin: 'De auto die ik heb gekocht is blauw.'?

1. gekocht
2. die
3. heb
4. auto

Kies de juiste verwijswoord in de zin: 'Mijn zus heeft dat boek gelezen, maar _____ vond het niet leuk.'

1. wij
2. ik
3. hij
4. zij

Maak opdracht:

7 t/m 12 §2.3 blz. 108

Lees de leerteksten:

• verwijswoorden

• Nakijken
• Lezen
• nabespreken

Nabespreken

a. Dat oude bureau hebben we verkocht. De man die ___ heeft gekocht, zei dat ___ precies paste in ___ studeerkamer.

1. zijn
2. het
3. hem
4. haar