woordenschat blok 3

Hoe noem je een grote ruimte waar je kunt samenkomen?
A
serre
B
aula
C
lokaal
D
hal
1 / 10
suivant
Slide 1: Quiz
WoordenschatBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Hoe noem je een grote ruimte waar je kunt samenkomen?
A
serre
B
aula
C
lokaal
D
hal

Slide 1 - Quiz

Belast zijn met betekent:
A
je zorgen maken
B
je zwaar voelen
C
de taak hebben om
D
belasting betalen

Slide 2 - Quiz

rangschikken betekent:
A
militaire rang
B
dat je geschikt bent
C
beoordelen
D
in goede volgorde zetten

Slide 3 - Quiz

Terrorisme betekent
A
IS
B
AlQuada
C
geweld gebruiken om je politieke gelijk te halen
D
een bom ergens leggen

Slide 4 - Quiz

Wat betekent impulsief?

A
zorgen dat iets beter verloopt
B
kleine stroomschokjes
C
dat je onhandig bent
D
dat is leuk

Slide 5 - Quiz

Wat betekent chaotisch volgens jou?

Slide 6 - Question ouverte

Een aversie hebben tegen betekent:

Slide 7 - Question ouverte

Wat betekent een kop als een boei krijgen?

Slide 8 - Question ouverte

Wat doe je als je aan het dubben bent?

Slide 9 - Question ouverte

Leg een uit wat sussen betekent?

Slide 10 - Question ouverte