Used to (+ hele ww) + future

'Used to'
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

'Used to'

Slide 1 - Diapositive

Used to ......
'Used to' - 'vroeger'
Ik ging vroeger elke dag met plezier naar school, maar nu ......
I used to go to school with great joy, but now..........

Used to+hele werkwoord

Slide 2 - Diapositive

Maak een zin met used to.
Wat deed jij vroeger, maar nu niet meer?

Slide 3 - Question ouverte

Future tense
'Going to' and 'will'.

Slide 4 - Diapositive

Future Tense(1)
Je kunt in het Engels op verschillende manieren een zin in de toekomende tijd zetten.

The news will be in all the papers.
I expect she will be famous when she grows up!
It  won't be sunny this afternoon.

Je gebruikt will en won't om te zeggen dat je denkt dat iets (niet) zal gebeuren in de toekomst.
LET OP! bij vragende zinnen gebruik je bij I & we gebruik je Shall +hele ww

Slide 5 - Diapositive

Future tense (2)
I am going to visit my uncle next week.
That car is out of control it is going to crash.
It isn't going to rain. Just look at the sky!

Je gebruikt am/are/is + going to + hele werkwoord om aan te geven dat iets in de toekomst gaat gebeuren of dat je het van plan bent waar ook bewijs voor is of zeer waarschijnlijk.

Slide 6 - Diapositive

If nobody has a better idea, I ……………….. (going to - future, watch) television all night.

Slide 7 - Question ouverte

Fill in the right form of the future using will: ______ they _____
______ the contract tonight? (to sign)

Slide 8 - Question ouverte

Fill in the right form of the future using will: They ______ back by 6:30 pm. (to be)

Slide 9 - Question ouverte

Look at the clouds, it .....(going to future; to rain).

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Lien

Slide 12 - Lien