1M Plural

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Hello! Close your laptop and listen up!

Today's mood?
Hoe zit je er vandaag bij?

aan de hand van deze vraag bepaal ik meestal of er een energizer nodig is of niet!

Lesson goals

At the end of the lesson:

- I know what to do this week

- I know what plurals are and I can use them

What to do this week?

Test: (Chapter 3)

- Vocabulary

- 3 Grammar parts 

Creative assignment!!!!!!

Plurals

Plurals

Algemeen 1	Zelfstandig naamwoord +s (teacher > teachers, etc.)
Algemeen 2	Eindigt het zelfstandig naamwoord op: -s/-sh/-ch/-x/-z (s-klank) , dan krijg je +es (bus > buses / dish > dishes / match > matches / box > boxes / fez > fe zz es)
Algemeen 3	Eindigt het zelfstandig naamwoord op medeklinker+o, dan krijg je +es (tomato > tomatoes / hero > heroes > echo > echoes)
Algemeen 4	Als het zelfstandig naamwoord eindigt op medeklinker+y, dan krijg je -ies op het eind (city > cities / baby > babies / country > countries) , de -y valt weg
Let op	Eindigt het zelfstandig naamwoord op -f, dan verandert de -f in -ves (wolf > wolves / knife > knives)
Uitzonderingen 1	Sommige zelfstandig naamwoorden zijn altijd enkelvoud (hair / fish / sheep) Sommige zelfstandig naamwoorden zijn altijd meervoud (trousers / glasses / scissors)
Uitzonderingen 2	Sommige zelfstandig naamwoorden hebben een eigen meervoudsvorm (man > men / child > children / tooth > teeth / foot > feet / mouse > mice)

Plural of:

1. puppies
2. puppy's
3. puppys
4. puppen

Plural of:

1. shoe
2. shoes
3. schoenen
4. shoos

Plural of:

1. heroes
2. hero's
3. heros
4. held

Plural of:

1. knife's
2. knifes
3. knives
4. kniven

Plural of:

1. tomatos
2. tomaten
3. tomato's
4. tomatoes

Demonstrative Pronouns

this/that/these/those

this/that/these/those

this	1 ding, dichtbij
that	1 ding, ver weg
these	meerdere dingen, dichtbij
those	meerdere dingen, ver weg

This - that - these - those

1 or 2?	over here (hier)	over there (daar)
one book
two books

this

that

these

those

Use: this, these, that, those:

I want .... books over there.

1. this
2. these
3. that
4. those

Is (this / that / these / those ) carrier bag here yours?

1. this
2. that
3. these
4. those

this,that,these,those
I prefer ... shoes here.

1. this
2. that
3. these
4. those

Those

This

This

Those

That

These

Time left???

- Werkdoelen

- Creative assignment

- Slim stampen

- Extra uitleg

How was the lesson?

😒🙁😐🙂😃

I understand and can use the demonstrative pronouns in English.

😒🙁😐🙂😃

I understand and can use plurals.