3.1 Wat is politiek?

Wat is politiek?
3.1 Wat is politiek?
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Wat is politiek?
3.1 Wat is politiek?

Slide 1 - Diapositive

lesdoel
- Aan het eind van de les kan je uitleggen wat politiek is aan de hand van een casus die je als groepje gekozen hebt.

Slide 2 - Diapositive

Noem drie zaken waarbij de politiek invloed heeft op jouw leven.

Slide 3 - Carte mentale

Wat is politiek?
Het maken van keuzes en het nemen van beslissingen over hoe een land, een provincie of een gemeente bestuurd moet worden.

Slide 4 - Diapositive

Ambtenaren en de overheid
Ambtenaren zijn personen die voor de overheid werken
De overheid zijn alle ambtenaren en politici samen

Slide 5 - Diapositive

Algemeen belang
De politiek bemoeit zich alleen met dingen die van algemeen belang (voor veel mensen belangrijk) zijn.

Slide 6 - Diapositive

Overheidsfinanciën
De overheid betaalt de zaken van algemeen belang door het heffen van belastingen aan burgers en bedrijven.
Als de overheid te weinig geld heeft kan ze:
  1. bezuinigen (minder uitgeven)
  2. geld lenen
  3. belasting verhogen

Slide 7 - Diapositive

Miljoenennota

Slide 8 - Diapositive

Politieke keuzes maken
Kijkopdracht: noem twee redenen waarom politieke partijen hun beloftes niet altijd waar kunnen maken.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Noem twee redenen waarom politieke partijen hun beloftes niet altijd waar kunnen maken.

Slide 11 - Question ouverte

Democratie
Democratie.  Het volk heeft invloed op politieke besluiten.
Het woord democratie komt van de Griekse woorden: démos (volk) en kratein (regeren).

Slide 12 - Diapositive

Directe en indirecte democratie

Indirecte democratie: Het volk kiest volksvertegenwoordigers die de keuzes maken.
Directe democratie: Het volk mag rechtstreeks stemmen over een beslissing. Voorbeeld: referendum.
Referendum: Volksstemming over een belangrijk onderwerp.

 

 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive