1.3 Tijdreis (1.3.1: 10 tijdvakken)

De Westerse geschiedenis in 10 tijdvakken
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

De Westerse geschiedenis in 10 tijdvakken

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
1: Je weet wat de 10 tijdvakken en het canon van Nederland zijn. 

2: Je kunt de 10 tijdvakken op volgorde zetten. 

3: Je weet hoe de 10 tijdvaken eruit zien. 


Slide 2 - Diapositive

Bij welk onderdeel van het vak hoort deze les?
A
Oriëntatie
B
Aardrijkskunde
C
Geschiedenis
D
Actualiteit

Slide 3 - Quiz

Waar denk je aan bij het horen van
het woord: ''geschiedenis''?

Slide 4 - Carte mentale

Wat is het? 
Geschiedenis onderzoekt het verleden van mensen. Die begint zo'n 200 000 jaar geleden en eindigt bij nu. 

Deze periode is opgedeeld in 10 tijdvakken, met elk eigen kenmerken. 

Slide 5 - Diapositive

Opdracht
In het scherm hierna ga je naar een website. Bekijk in 2 min. de website en beantwoord dan de vraag op de slide hierna. 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Lien

Wat bedoelen we met de canon van Nederland? (Kies het beste antwoord!)
A
Een overzicht van 50 belangrijke thema's uit de geschiedenis van Nederland.
B
Een overzicht van beroemde personen.
C
Een overzicht van belangrijke gebeurtenissen.
D
Een overzicht van de 10 tijdvakken.

Slide 8 - Quiz

Noem 3/4 onderdelen uit de canon van Nederland:

Slide 9 - Question ouverte

Bij geschiedenis praten we over verschillende perioden. Waar worden die perioden in verdeeld?
A
in tijdvakken
B
in hokjes
C
in verschillende boeken
D
in eeuwen

Slide 10 - Quiz

Hoeveel tijdvakken zijn er?
A
5
B
100
C
12
D
10

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Tijdvak 1
Tijdvak 2
Tijdvak 3
Tijdvak 4
Tijdvak 5
Tijdvak 6
Tijdvak 7
Tijdvak 8
Tijdvak 9
Tijdvak 10

Slide 13 - Question de remorquage

Slide 14 - Vidéo

De 10 tijdvakken

Slide 15 - Diapositive

De tien tijdvakken

Slide 16 - Diapositive

De tien tijdvakken
  • Bedacht voor het onderwijs

  • Beginnen allemaal met: "De tijd van..."

  • Zijn niet allemaal even lang: sommige zijn meer dan 1000 jaar, andere maar 50 jaar.

  • Er is gekeken naar kenmerken: "Waaraan kun je ze herkennen?

Slide 17 - Diapositive

Tijdvak 1: Jagers en Boeren
Preshistorie - 3000 v.c. 

Levenswijze jagers-verzamelaars

Ontstaan dorpjes

Eerste boeren / hunebedbouwers Drenthe

Slide 18 - Diapositive

Tijd van Grieken en Romeinen
3000 v.c. - 500 na C. 

Uitvinding van het schrift

Romeinse Rijk 

Christendom

Slide 19 - Diapositive

Tijd van monniken en ridders
500 - 1000

Romeinse Rijk valt uit elkaar.

Verspreiding Christendom.

Karel de Grote

Slide 20 - Diapositive

Tijd van Steden en Staten
1000 -  1500

Veel marktplaatsen groeiden uit tot 
grotere steden

Graven, ridders, bisschoppen
Stadsrechten.

Slide 21 - Diapositive

Tijd ontdekkers en hervormers
1500 -  1600

-Ontdekkingsreizen naar Azie, Afrika,
Amerika. 

-Slavenhandel, Beeldenstorm
-Eerste Nederlandse schepen Indonesie

Slide 22 - Diapositive

Tijd van Regenten en Vorsten
1600 - 1700

VOC, WIC (plantages)
Zilvervloot
Rembrandt

Slide 23 - Diapositive

Tijd van Pruiken en Revoluties
1700 - 1800

Franse Revolutie
Napoleon

Landen wilden slavernij afschaffen
1e Grondwet Nederland.

Slide 24 - Diapositive

Tijd Burgers, Stoommachines
1800 - 1900

Eerste stoomboot
Industriele samenleving

Charles Darwin
ontdekking rontgenfoto 
 

Slide 25 - Diapositive

Tijd van wereldoorlogen
1900 - 1950

Eerste lopende band

1e wereldoorlog (1914 - 1918)
2e wereldoorlg (1939 - 1945)

Slide 26 - Diapositive

Tijd van televisie en computer 
1950 - nu

Vietnamoorlog
1951: eerste tv-uitzending
1981: eerste computer

Berlijnse muur,   aanslagen WTC

Slide 27 - Diapositive

Over welk onderwerp zal dit tijdvak gaan?
A
De Middeleeuwen
B
De Wereldoorlogen
C
De steentijd
D
De Romeinen

Slide 28 - Quiz

Waarom zijn de tijdvakken in 10 stukken gedeeld?
A
Om de jaartelling in orde te houden.
B
ze vonden het grappig.
C
Om het gemakkelijker te maken.
D
Omdat het tien jaar duurt.

Slide 29 - Quiz

8. In welk tijdvak leven wij?

Slide 30 - Question ouverte

Er zijn in totaal 10 tijdvakken
A
waar
B
niet waar

Slide 31 - Quiz

De 10 tijdvakken 

Slide 32 - Diapositive

timer
10:00
Maak de opdrachten 1.3.1. en  1.3.2

Slide 33 - Diapositive