klas 2 zinsdelen en grammatica

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Hallo Allemaal! 

- Jassen uit

- Tassen van tafel

- Leesboek op tafel

LEZEN, in stilte...........

Wat gaan we doen vandaag?

-  werkwoordspelling

-  zinsdelen: wat is wat? + presentatie aan de klas

- opdracht 

De kerstman ............ dit jaar langs te komen.

1. beloofd
2. belooft
3. beloofdt
4. beloof

Weet je wel wat het beteken.... als je werkwoordspelling echt beheerst!

1. betekend
2. betekent
3. betekende
4. betekente

Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.

1. gebeurd
2. gebeurt
3. gebeurdt
4. gebeurdde

werkwoordspelling

1. hij heeft de boel belazerd
2. hij heeft de boel belazert

Hij.........zijn vingers aan de vlam.

1. brand
2. brant
3. brandt
4. geen idee

Wat heeft hij jou nou precies ge.......?

1. gevraag
2. gevraagdt
3. gevraagt
4. gevraagd

Opdracht per groepje

- ieder groepje krijgt één groot vel papier (placemat);

- dit papier is verdeeld in vier vakken + 1 vak in het midden;

- elk groepje krijgt straks één zinsdeel;

-elke leerling vult voor zichzelf in zijn vakje de betekenis/uitleg in;

- daarna vergelijk je met je groepsleden elkaars antwoorden

- in het midden vul je het beste/meest geschikte antwoord in

GROEP 1

GROEP 2

GROEP 3

GROEP 4

GROEP 5

GROEP 6

GROEP 7

Zinsdeel: wat is het en hoe kun je het vinden

Groep 1

Groep 2

Groep 3

Groep 4

Groep 5

Groep 6

Groep 7

  persoonsvorm 

  onderwerp

  meewerkend voorwerp

  lijdend voorwerp

  werkwoordelijk gezegde

  bijwoordelijke bepaling

  zinsdelen

Noteer

- in jouw vakje: wat weet je ervan? Hoe kun je het vinden?

- in het midden: jullie gezamenlijke antwoord + een vb
  voorbeeldzin!

Presentatie aan de klas

Per groepje vertelt één iemand aan de rest van de klas wat jullie over het begrip weten.

Opdracht

Per groepje:

1 leerling noteert: een (fictief) persoon / een dier

1 leerling noteert: een werkwoord in de derde persoon

1 leerling noteert: een voorwerp

1 leerling noteert: wanneer of waar

Laat niet aan de anderen zien wat je hebt opgeschreven!

De uitvoering

Jullie draaien nu de papiertjes om: 

Welke zin kun je met de losse woorden maken?
Welke zinsdelen kun je terugvinden? Benoem ze!

Elke groepje laat aan de klas horen welke zin zij hebben gemaakt en hoe deze is ontleed.