Inleiding christendom

Inleiding christendom
les 1
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Inleiding christendom
les 1

Slide 1 - Diapositive

Deze les
Woordspin
Christendom les 1
Opdrachten
Evaluatie en afsluiting

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
Ik kan drie dingen benoemen uit de Nederlandse cultuur die gerelateerd zijn aan het christendom
Ik kan in mijn eigen woorden uitleggen wat de drie grootste stromingen zijn binnen het christendom

Slide 3 - Diapositive

Christelijk Nederland?
Feestdagen: Pasen
Kunst: Rembrandt
Architectuur: kerken 
Taal: "mijn hemel"
Waarden: Naastenliefde
Politiek: CU
Media: Trouw, EO



 

Slide 4 - Diapositive

Samenwerkingsopdracht
Zoek de volgende vraag op: Wat was de oorspronkelijke betekenis van Sinterklaas?
Waar: Internet
Tijdsduur 5 minuten

Slide 5 - Diapositive

3 stromingen

Slide 6 - Diapositive

Katholiek
  • Grootste stroming; 1,3 miljard aanhangers.
  • Één centrale leider, de paus in Rome
  • Vertegenwoordiger van God op aarde.
  • Oudste stroming binnen het christendom.
  • Kenmerken katholieke kerken: beelden en schilderijen, vooral van heiligen (heiligen zijn mensen die bijzonder goed hebben geleefd en daarom worden geëerd.)

Slide 7 - Diapositive

Orthodox
  • De orthodoxe kerk lijkt op de katholieke kerk, maar heeft geen paus. In plaats daarvan hebben zij verschillende leiders, die patriarchen worden genoemd. Deze patriarchen zijn de baas over een bepaald gebied of land.
  • De meeste orthodoxe christenen (ongeveer 220 miljoen) wonen in Oost-Europa, het Midden-Oosten en Oost-Afrika.
  • Net als in de katholieke kerk vereren zij ook heiligen. 

Slide 8 - Diapositive

Protestants
  • Ontstaan door Maarten Luther, vond de katholieke kerk corrupt en te machtig.
  • Terug naar de basis van het christendom, zonder extra regels of tradities.
  • Geen heiligen en geen beelden of schilderijen in de kerk. 
  • Geen centrale leider, omdat ze geloven dat iedere gelovige zelf contact met God kan hebben.

Slide 9 - Diapositive

Opdracht

Slide 10 - Diapositive