Vervolg het oor

Het oor
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
Anatomie en fysiologieSecundair onderwijs

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Het oor

Slide 1 - Diapositive

Wat weten jullie nog van het oor?

Slide 2 - Carte mentale

Welke functie heeft de buis van Eustachius?
A
Slijm aanvoeren
B
Zorgt voor een dof geluid, en een lastig gevoel.
C
Slijm afvoeren, verhinderd overdruk
D
Zorgt voor overdruk in het oor.

Slide 3 - Quiz

Proefje
We gaan nog een proef in de klas doen. Deze zal volgende les uitgevoerd worden.
Conclusie van de proef: vloeistoffen zijn praktisch niet samendrukbaar

Slide 4 - Diapositive

Belang ovale en ronde venster
Afbeelding p. 29: achtergrond
Gehoorsbeentjes brengen geluidstrillingen over op - ovale venster. Dit gaat trillen.
Ovale venster kan enkel trillen als het vocht achter het venster wat kan bewegen.
Uit de proef (dat we nog gaan doen) zien we dat vloeistoffen weinig samendrukbaar zijn.
Het ronde venster is ook een vlies, als dit beweegt kan het vocht ook bewegen.
Verklaring afbeelding
Achtergrond afbeelding: Dit geeft aan als er trillingen op het ovale venster komen, dat het vocht daarachter door het ronde venster kan meebewegen.

Slide 5 - Diapositive

Het slakkenhuis
  • Zorgt voor verse luchttoevoer voor het middenoor.
  • Bij druk die in het middenoor stijgt, krijg je een dof geluid.
  • Afvoer van slijm
  • Verhinderd een perforatie dat een gevolg is van overdruk in het middenoor.

Slide 6 - Diapositive

Opbouw slakkenhuis
Slakkenhuis bestaat uit 3 gangen:
Bovenste, middelste en onderste gang.

De gangen zijn gevuld met vocht
  • bovenste en onderste met perilymfe
  • middelste gang met endolymfe


Bovenste gang
Begint achter het ovale venster en gaat in de kronkel over op de onderste gang.

Onderste gang
De onderste gang (neergaande) trap volgt na de bovenste na de kronkel. Deze eindigt aan het ronde venster.
Middelste gang
De middelste gang bevindt zich tussen de bovenste en onderste gang.

Slide 7 - Diapositive

Ovale venster
Ronde venster
Gehoorsbeentjes
Bovenste gang
Onderste gang
Middelste gang
Trommelvlies

Slide 8 - Question de remorquage

Orgaan van Corti
Bestaat uit;
- Basaal membraan
- Zintuigcellen, ook wel haarcellen genoemd
- Dak membraan dat zich boven de haarcellen bevindt.
Op de haarcellen sluiten zenuwvezels aan. Deze zenuwvezels vormen de gehoorzenuw.

Slide 9 - Diapositive

Haarcellen
Dakmembraan
Zenuwvezels
Basaal membraan

Slide 10 - Question de remorquage

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Wat heb je op de video gezien?

Slide 13 - Carte mentale

Werking van het gehoor
  1. Een geluidsbron zendt trillingen uit.
  2. De lucht, en ook de lucht in de gehoorgang trilt mee (gasvormige middenstof).
  3. Het trommelvlies trilt mee met dezelfde frequentie als de geluidstrillingen.
  4. De trillingen worden via de gehoorbeentjes versterkt overgedragen op het ovale venster (vaste middenstof).
  5. De perilymfe in de bovenste en onderste trap van het slakkenhuis trilt mee (vloeibare middenstof).
  6. Het basaal membraan trilt mee met de perilymfe van de onderste trap: 
  7. Bij hoge tonen gaat het onderste (smalle) gedeelte meetrillen (onderaan in slakkenhuis).
  8. Bij lage tonen gaat het bovenste (brede) gedeelte meetrillen (bovenaan in slakkenhuis).
  9. Door het trillen van het basaal membraan worden de haartjes van sommige haarcellen tegen het dakmembraan van het orgaan van Corti gewreven.
  10. De geprikkelde haarcellen doen in aansluitende zenuwvezels impulsen (signalen) ontstaan.
  11. Via de gehoorzenuw bereiken deze impulsen de hersenen.
  12. De hersenen ontvangen en verwerken de impulsen.
  13. ⇒ WE HOREN 

Slide 14 - Diapositive

Werking orgaan van Corti
In het orgaan van Corti zal de prikkel;
 Door de trillingen gaat het basaal membraan en het dakmembraan ten opzichte van elkaar verschuiven. De haarcellen buigen om. De haarcellen zetten de mechanische prikkel om in een impuls en geven deze door aan de zenuwvezel.

Slide 15 - Diapositive

Welke functie van waarnemen is van toepassing?
"Je hoort een ambulance"
A
Alarmerende functie
B
Socio- emotionele functie
C
Communicatieve functie

Slide 16 - Quiz

Welke functie van waarnemen is van toepassing?
" op de radio hoor je het lievelingsliedje van je overleden oma. Je pinkt een traan weg."
A
Alarmerende functie
B
Socio- emotionele functie
C
Communicatieve functie

Slide 17 - Quiz

Welke functie van waarnemen is van toepassing?
"De leerkracht legt de werking van het oor uit."
A
Alarmerende functie
B
Socio- emotionele functie
C
Communicatieve functie

Slide 18 - Quiz

Vond je deze les zinvol of is er nog herhaling nodig bij de volgende les?

Slide 19 - Question ouverte