test prep

• Engels
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Let's get started(14.1)

How are you?

Today's plan

- Mondelingen worden de hele les afgenomen.

- Join your class on lesson up. 

-De anderen leerlingen gaan aan de slag met oefeningen voor de vocab & grammar test. 

- Homework : week 14 werkpad

Join the lesson up classroom

https://LessonUp.app/invite/group/iqizx

Do you have an account? No? make one

Yes? sign in. 

Use the code IQIZX to join your class use the lesson up to practice. 

Oefenen voor vocab & grammar test

Watch the videos and finish the exercises, follow the lesson up step by step. 

Questions? ask your classmates

Still need help? ask your teacher

In the test:

1. Present simple & Present continuous

2. Past simple

3. Degrees of comparison

4. Personal pronouns

5. Possesive pronouns

Word Bank words 

Mondeling/speaking test

- Presenteer jouw briefje, e-mail of memo naar Sabrina en de zomer 'bucket list' die je voor haar hebt geschreven.

- Presenteer jouw 'bucket list'. Alles in het Engels!!

- Beantwoord de vragen van je docent.

- Geef beleefde (ja/nee) antwoorden.

www.english-4u.de

www.english-4u.de

Talk about the present simple

Discuss your answers with your classmate. (bespreek de antwoorden met je klasgenoot)

What does the Shit rule mean?(wat betekent de shit rule)

When do you use the present simple? ( wanneer gebruik je present simple?)

Gingen de oefeningen goed?

Snap je het nog niet helemaal? vraag om hulp!

elt.oup.com

www.grammarbank.com

Talk about the present continuous

Discuss your answers with your classmate. (bespreek de antwoorden met je klasgenoot)

How do you make the present continuous? ( hoe maak je de present continuous?)

When do you use the present continuous ( wanneer gebruik je present continuous?)

Gingen de oefeningen goed?

Snap je het nog niet helemaal? vraag om hulp!

english-4u.de

quizlet.com

Recap together in class. 

What does the Shit rule mean?(wat betekent de shit rule)

When do you use the present simple? ( wanneer gebruik je present simple?)

How do you make the present continuous? ( hoe maak je de present continuous?)

When do you use the present continuous ( wanneer gebruik je present continuous?)

Which two kinds of past simple verbs do you have? ( Welke 2 soorten werkwoorden heb je?)

When do you use the past simple? ( wanneer gebruik je past simple?)

Snap je het nog niet helemaal? vraag om hulp!

Homework / Recap

Practice the wordbank 

Practice with the grammar topics (use this lessonup)

Let's get started (14.2)

How are you?

Today's plan

- Mondelingen worden de hele les afgenomen.

- Join your class on lesson up. 

-De anderen leerlingen gaan aan de slag met oefeningen voor de vocab & grammar test. 

- Homework : week 14 werkpad

Lessonup classroom link

https://LessonUp.app/invite/group/aqien

Do you have an account? No? make one

Yes? sign in. 

Use the code AQIEN to join your class use the lesson up to practice. 

In the test:

1. Present simple & Present continuous -> done

2. Past simple -> done

3. Degrees of comparison

4. Personal pronouns

5. Possesive pronouns

Word Bank words 

www.english-4u.de

www.englishgrammar.org

Talk about the degrees of comparison

Discuss your answers with your classmate. (bespreek de antwoorden met je klasgenoot)

When do you use comparisons? (Wanneer gebruik je comparisons?)

What do you usually add to the word? (Wat  voeg je toe aan het woord?

Gingen de oefeningen goed?

Snap je het nog niet helemaal? vraag om hulp!

www.perfect-english-grammar.com

Talk about personal and posessive pronouns

Discuss your answers with your classmate. (bespreek de antwoorden met je klasgenoot)

When do you use personal pronouns? (Wanneer gebruik je personal pronouns?)

When do you use posessive pronouns? (Wanneer gebruik je posessive pronouns?)

Gingen de oefeningen goed?

Snap je het nog niet helemaal? vraag om hulp!

Practice the vocab

Use the link on the next slide to go to quizlet.

You can practice the wordbank there. 

quizlet.com

Recap together in class. 

When do you use personal pronouns? (Wanneer gebruik je personal pronouns?)

When do you use posessive pronouns? (Wanneer gebruik je posessive pronouns?)

When do you use comparisons? (Wanneer gebruik je comparisons?)

What do you usually add to the word? (Wat voeg je toe aan het woord?

In the test

1. Present simple & Present continuous 

2. Past simple 

3. Degrees of comparison

4. Personal pronouns

5. Possesive pronouns

Don't forget to study the Word Bank words!

Test Dates

1A : 14th of april

1B: 14th of april

1C: 11th of april

Good luck!