7.4

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Werk in stilte aan NUMO

Wat gaan we vandaag doen?

Opstarten	5 min
Bespreken opdrachten 7.3	10 min
Uitleg 7.4	10 min
Maken opdrachten	20 min
Bespreken opdrachten	10 min
LessonUp	15 min

Bereken de zwaartekracht op een tafel van 30 kilo

Bereken de zwaartekracht die op een schooltas van 2000 gram werkt

Leerdoelen 7.4 

• Je leert het effect van krachten die elkaar tegenwerken 

Krachten in evenwicht

Twee krachten zijn evengroot en werken in 

de tegenovergestelde richting.

Daardoor gebeurt er niets. 

De zak beweegt niet omhoog

en niet omlaag.

7.4 Krachten in evenwicht

Zwaartekracht

Hoe zwaarder een voorwerp, hoe groter de zwaartekracht.

De zwaartekracht meten we in Newton (N).

De zwaartekracht kun je meten met een 

krachtmeter

1 kg = 10 N

Richting van de kracht

Komt de kist vooruit?

Richting van de kracht

Tegenwerkende krachten

40 N naar links en 40 N naar rechts

Richting van de kracht

F_netto = 0 N

Richting van de kracht

F_netto = 0 N

Regel: tegenwerkende krachten moet je van elkaar af trekken

Krachten in evenwicht.

Als krachten in evenwicht zijn is het resultaat 0 Newton.

Zie de volgende slides voor meer voorbeelden.

Krachten in evenwicht

Nettokracht = 0 

Pijlen tegenovergesteld even lang 

Welke kracht gaat welke richting op?

Normaalkracht

De normaal kracht is de kracht die de 

tafelblad loodrecht omhoog uitoefent

op de fruitschaal.

Er is evenwicht dus de fruitschaal 

komt niet in beweging.

F​n​​

Normaalkracht

Normaalkracht = zwaartekracht

F_n = F_z

Nettokracht = 0 

Er is evenwicht dus de fruitschaal 

komt niet in beweging.

F​n​​

Krachten in evenwicht

Twee krachten zijn evengroot en werken in 

de tegenovergestelde richting.

Daardoor gebeurt er niets. 

De zak beweegt niet omhoog

en niet omlaag.

Spankracht F_span

De spankracht is de kracht die een touw of snaar of ander langwerpig voorwerp gespannen houdt - meestal doordat dit voorwerp iets op/aantrekt. Zoals bij de lamp. Op het snoer van de lamp werkt een kracht, dat noem je de spankracht.

F_span

Krachten evenwicht

Bij een lamp die aan het plafond hangt zie je geen effect van een kracht. Dat komt omdat er twee krachten op de lamp werken: de zwaartekracht naar beneden en de spankracht naar boven. De spankracht en de zwaartekracht zijn even groot maar tegengesteld: er is evenwicht. Bij twee krachten is er evenwicht als de krachten even groot en tegengesteld gericht zijn.

F_normaal is gelijk aan 

F_{zwaartekracht}

F_normaal is gelijk aan 

F_{zwaartekracht}

F_normaal is kleiner dan

F_{zwaartekracht}

_{Nijlpaard zakt door plank}

Wrijvingskracht is even groot als spierkracht .

Het resultaat van de krachten is 0.

Auto komt niet in beweging.

Spierkracht is groter geworden.

Wrijvingskracht is ook groter geworden.

Het resultaat van de krachten is 0.

Auto komt niet in beweging.

Spierkracht is groter geworden dan de maximale wrijvingskracht.

De netto kracht positief.

 

Auto komt in beweging.

Resultaat van netto kracht

Nettokracht in de richting van beweging - versnelling

Nettokracht tegen de richting van beweging - vertraging

Aan de slag:

• Wat? Maak 7.4 helemaal behalve de ster-opdrachten
• Hoe? Binnen je groep
• Tijd? 20 min
  
• Resultaat? Klassikaal bespreken en hw gemaakt
• Klaar? Maak ook de steropdrachten
• Ook daarmee klaar? Haal een werkblad bij de docent

Leerdoelen 7.4 

• Je leert het effect van krachten die elkaar tegenwerken 

Resultante kracht

Resultaten/ netto kracht

Wat is de nettokracht?

Nettkoracht

100 - 40 = 60 N

Nettokracht naar links 

Nettokracht 

Wat is hier de nettokracht en welke kant op?

Nettokracht 

Als krachten dezelfde richting op gaan mag je ze bij elkaar op tellen 

Nettokracht 

Kracht naar links: 80 + 80 = 160 N

Kracht naar rechts: 130 N

Wat is netoo kracht?

De richting van de nettokracht is naar

1. links
2. rechts
3. boven
4. beneden

Wat is
de
nettokracht?

1. 25N
2. 225N
3. 1,25N
4. 12500N

Wat is de
nettokracht?

1. 186 N naar links
2. 8360 N naar rechts
3. 1,45 N naar rechts
4. 34 N naar links

Een gewichtheffer kijkt zeer ingespannen.
Kun je krachten zien?

1. Ja
2. Nee

Is er maar één soort kracht?

1. Ja, alle krachten zijn hetzelfde.
2. Nee, er zijn meer soorten krachten.
3. Nee, dat hangt van de plaats af.
4. Ja, dat is de spierkracht.

Wat is het symbool van kracht?

1. F
2. N
3. K

Wat is de eenheid van kracht?

1. Watt
2. Newton
3. Centimeter
4. Newton per kilogram

Wat is bij het TEKENEN van krachten het allerbelangrijkst?

1. Grootte
2. Richting
3. Aangrijpingspunt
4. Allemaal even belangrijk.

Welk onderdeel hoort niet bij het tekenen van een kracht?

1. Aangrijpingspunt
2. Lengte van pijl
3. Richting van pijl
4. Dikte van pijl

De kracht waarmee de aarde aan voorwerpen trekt
noemen we:

1. Wrijvingskracht
2. Zwaartekracht
3. Magnetische kracht
4. Spankracht

Bereken de zwaartekracht op een glas water
met een massa van 0,3 kg.

1. 3000 N
2. 3,00 N
3. 30,0 N
4. 300 N

Aan de slag:

• Wat? Maak 7.3 helemaal af
• Hoe? Binnen je groep
• Tijd? Tot einde van de les
  
• Resultaat? Klassikaal bespreken en hw gemaakt
• Klaar? Haal een werkblad bij de docent
• Ook daarmee klaar? Haal een nakijkmodel bij de docent